Nieuwe beelden suggereren dat de komeet een straal van nog geen 500 meter heeft.
Afgelopen zondag bereikte de interstellaire komeet 2I/Borisov perihelium. Dat betekent dat de komeet zich op dat moment het dichtst bij de zon bevond. Een mooi moment voor ruimtetelescoop Hubble om de komeet op de foto te zetten. En kort na perihelium heeft de telescoop de komeet gekiekt. Het resultaat zie je hieronder.
Op deze geringe afstand tot de zon werd de komeet na het grootste deel van diens leven in de extreme kou van de interstellaire ruimte te hebben doorgebracht, behoorlijk opgewarmd. Het resulteert in flink wat activiteit; op de foto is de kern van de komeet eigenlijk niet eens te zien. Deze wordt aan het zicht onttrokken door de omvangrijke, heldere coma. Dat is de benaming voor de met stof gevulde atmosfeer rond een komeet. Op het moment dat Hubble deze foto maakte, was de komeet nog zo’n 298 miljoen kilometer van de aarde verwijderd en bevond deze zich nabij de binnenste rand van de planetoïdengordel.
Kleiner
De observaties van Hubble volgen op eerdere observaties in oktober (toen de komeet nog zo’n 420 miljoen kilometer van ons verwijderd was) en observaties in november (toen deze zich op nog 326 miljoen kilometer afstand bevond). De beelden geven onderzoekers gaandeweg een steeds beter beeld van deze interstellaire bezoeker. Zo blijkt de kern van Borisov – afgaand op wat Hubble heeft gezien – veel kleiner te zijn dan gedacht, zo vertelt onderzoeker David Jewitt. “Hubble geeft ons de beste schatting van de omvang van de kern van komeet Borisov. Verrassend genoeg laten de beelden van Hubble zien dat de kern meer dan vijftien keer kleiner is dan eerdere onderzoeken suggereerden. De straal is kleiner dan een halve kilometer.” Het is belangrijk om vast te kunnen stellen hoe groot Borisov is, zo legt Jewitt uit. “Weten hoe groot de komeet is, helpt ons om het totale aantal en de massa van zulke objecten in het zonnestelsel en in de Melkweg vast te stellen.”
Nog dichterbij
De komende tijd zullen we ongetwijfeld nog meer van Borisov gaan horen en – geholpen door krachtige telescopen – nog meer van de interstellaire komeet gaan zien. De afstand tussen de komeet en de aarde wordt namelijk nog altijd kleiner. Pas eind deze maand is de afstand tussen onze planeet en de interstellaire bezoeker met een slordige 290 miljoen kilometer het kleinst.
Astronomen volgen Borisov op de voet en hopen natuurlijk nog veel meer over het object – en misschien zelfs ook het stelsel waaruit deze afkomstig is – te weten te komen. Dat Borisov zich in zoveel aandacht mag verheugen, is natuurlijk te herleiden naar het feit dat we nog maar zo weinig interstellaire bezoekers gespot hebben. Maar daar kan op korte termijn wel eens verandering in komen. Onderzoekers schatten namelijk dat er as we speak duizenden interstellaire objecten in ons zonnestelsel aanwezig zijn. Maar de meeste ervan zijn met de huidige telescopen niet te zien. De grotere exemplaren zouden echter met behulp van bijvoorbeeld de in aanbouw zijnde Large Synoptic Survey Telescope relatief gemakkelijk te spotten moeten zijn. Een recente studie schatte in dat deze telescoop per jaar enkele grote interstellaire objecten (zoals bijvoorbeeld ‘Oumuamua, zo’n 150 meter breed en 400 meter lang) zou moeten kunnen ontdekken en tot wel 100 kleinere (met een straal vanaf 1 meter).
Het lijkt dus een kwestie van tijd voor we nog meer interstellaire bezoekers gaan spotten. Voorlopig moeten we het echter doen met wat Borisov bereid is om van zichzelf te laten zien. De komende weken zal het er wat dat betreft op aankomen; nu de afstand tussen de aarde en de komeet steeds kleiner wordt, is dit hét moment om de komeet eens uitgebreid te bestuderen.