Hoeveelheid hormonen in pil kan mogelijk met 92 procent omlaag

De pil kan tal van vervelende bijwerkingen hebben. Reden voor steeds meer vrouwen om voor een ander anticonceptiemiddel te kiezen. Maar dat is misschien niet nodig, aangezien onderzoekers nu hebben aangetoond dat de pil ook werkt met 92 procent minder oestrogeen.

De bijwerkingen van de pil zijn niet per se ernstig, maar ook niet verwaarloosbaar. Zo wordt de kans op borstkanker, hartaanvallen en beroertes ietsje groter en de kans op trombose is zelfs vier keer zo groot als je de pil slikt. Die kansen nemen vooral toe bij vrouwen boven de 40. Maar er zijn ook lichtere klachten, zoals misselijkheid, hoofdpijn en stemmingswisselingen, waar jongere vrouwen last van hebben. Niet voor niets neemt het gebruik van de anticonceptiepil af. In 2014 gebruikte nog ruim 38 procent van de vrouwen de pil, in 2020 was dat nog maar 32 procent volgens cijfers van het CBS.

Veel minder hormonen
De hoeveelheid hormonen in de pil is de afgelopen decennia al behoorlijk afgenomen, maar dat kan beter, concluderen onderzoekers op basis van een wiskundig model. Ze stellen dat er 92 procent minder oestrogeen in de pil hoeft te zitten. Als er alleen progesteron wordt gebruikt, kan de dosering met 43 procent omlaag. Combineer je beide hormonen (de zogenoemde combinatiepil) dan kan de dosis nog verder worden verminderd. Met deze minimale doses hormonen zouden zwangerschappen nog steeds worden voorkomen. Groot voordeel is dat je niet meer iedere dag een pil hoeft te nemen, maar op slechts één moment tijdens je menstruatiecyclus.

Wiskundig model
Onderzoekers Brenda Lyn Gavina en Aurelio de los Reyes, biologen aan de University of the Philippines Diliman, gebruikten een bestaand wiskundig model van de menstruatiecyclus. Daaraan voegden ze echte data toe van 23 vrouwen tussen de 20 en 34 jaar oud. Het model kon de complexe wisselwerking van hormoonniveaus in het bloed vaststellen, die afkomstig zijn van drie verschillende bronnen: de hypofyse, de eierstokken en de pil. Ze berekenden vervolgens de minimale hoeveelheid oestrogeen of progesteron die nodig was om de ovulatie tegen te houden.

Het resultaat was opmerkelijk: slechts 8 procent van de gebruikelijke dosis oestrogeen elf dagen na het begin van de menstruatiecyclus, dus vlak voor het eitje vrijkomt, hield de ovulatie al tegen. De dosis kan met een shot of een implantaat worden toegediend, speculeren de onderzoekers. Dat werkt veel efficiënter dan een dagelijkse pil waarbij continu hormonen in het lichaam belanden.

Een prestatie van formaat: “We hebben niet alleen de dosis enorm verlaagd, maar ook het moment bepaald waarop de anticonceptie moet worden toegediend”, legt De los Reyes uit.

Minder bijwerkingen
Zo’n lage dosis oestrogeen zal ongetwijfeld veel van de bijwerkingen wegnemen. Toch is de kans klein dat er binnenkort een pil met véél minder hormonen op de markt komt, denkt gynaecoloog Alison Edelman van de Oregon University, die op het onderzoek reageert. Ze noemt een mogelijk nadeel: het model gaat ervan uit dat het oestrogeen van de pil op een constant niveau blijft en houdt geen rekening met hoe het lichaam het hormoon absorbeert. Dat kan fluctueren en zo invloed hebben op hoe goed het middel werkt.

De Filipijnse onderzoekers denken daar echter anders over. Zij zijn ervan overtuigd dat hun model een belangrijke bijdrage kan leveren aan het onderzoek naar een pil met minder hormonen. “Deze resultaten geven artsen inzicht in de optimale dosering en het tijdsschema voor het moment van toediening om de ovulatie te onderdrukken”, klinkt het. En daar zullen heel veel vrouwen blij mee zijn.

Bronmateriaal

"Toward an optimal contraception dosing strategy" - PLOS Computational Biology
Afbeelding bovenaan dit artikel: Rattanakun

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd