Kakkerlakken, wij kennen ze vooral uit niet al te propere hotelkamers in Zuid-Europa, maar wist je dat de onverwoestbare insecten zich over de hele wereld hebben verspreid? Daar hadden ze wel een beetje hulp bij nodig. Van de mens nog wel.
Door genetisch onderzoek is het gelukt om de verspreiding van de kakkerlak in kaart te brengen. Het oersterke dier begon bescheiden in Zuidoost-Azië, maar trok al snel verder naar Europa en de rest van de wereld. De nieuwe studie omvat duizenden jaren aan kakkerlakkengeschiedenis en toont aan dat de dieren zich wisten te verspreiden door mee te liften met een andere soort, namelijk de mens. “Het is niet alleen een insectenverhaal”, zegt onderzoeker Stephen Richards. “Het is een verhaal van insecten én de mensheid.”
280 kakkerlakken
De onderzoekers bestudeerden de genen van meer dan 280 kakkerlakken uit 17 landen op 6 continenten. Ze ontdekten dat de Duitse kakkerlak, die over de hele wereld voorkomt, eigenlijk oorspronkelijk afkomstig is uit Zuidoost-Azië en vermoedelijk zo’n 2100 jaar geleden uit de Aziatische kakkerlak is voortgekomen. Insectenwetenschappers vermoedden dit al langer, omdat er in Azië nog steeds soorten voorkomen die op de Duitse kakkerlak lijken.
Mee met de soldaten
Maar vanuit het zuidoosten van Azië is het nog altijd een hele tippel naar Europa. Hoe kregen de kakkerlakken dat voor elkaar? Vermoedelijk namen ze twee verschillende routes. Ongeveer 1200 jaar geleden trokken ze westwaarts naar het Midden-Oosten. Mogelijk reisden ze mee in de broodtrommels van soldaten. En veel later, pas zo’n 270 jaar geleden, verstopten ze zich waarschijnlijk in de waren van handelaren van de Nederlandse en Britse Oost-Indische Compagnie om Europa te bereiken.
Bestand tegen pesticiden
Toen ze daar eenmaal waren, kwamen ze in een paradijs terecht: onder meer via stoommachines en leidingen binnenshuis konden ze zich verder verspreiden en een fijn plekje vinden in keukens en badkamers, waar je ze tegenwoordig het meeste aantreft.
Dit is interessante informatie om de bestrijding van de diertjes te kunnen verbeteren. Het is nog steeds heel moeilijk om de kakkerlakken een halt toe te roepen, omdat ze zich zo rap voortplanten én zich makkelijk kunnen aanpassen aan pesticiden. Voorlopig zijn we dus nog niet van de razendsnelle beestjes af.
Er zijn fossiele sporen gevonden, die erop wijzen dat de kakkerlak al meer dan 300 miljoen jaar bestaat. Inmiddels zijn er zo’n 4500 soorten die overal op de wereld voorkomen. In Nederlandse huizen vinden we nog weleens de Duitse en de Amerikaanse kakkerlak. De diertjes houden van hitte, vandaar dat we ze ook meer in het zuiden van Europa tegenkomen. Tropische soorten worden vaak veel groter dan de soorten die hier leven. Daar kunnen ze wel 8 centimeter lang worden. Kakkerlakken kunnen heel hard lopen. Ze halen snelheden van meer dan 5 kilometer per uur. Daarmee zijn ze de op twee na snelste lopers van alle insecten. Er zijn ook enkele vliegende soorten.
Kakkerlakken zijn bovendien taaie beestjes. Ze kunnen tot wel veertig dagen zonder eten en ze zijn moeilijk te bestrijden, omdat ze zo goed tegen pesticiden kunnen. Ze bouwen er bijzonder snel resistentie tegen op. En dan kan er al snel een plaag ontstaan, want de vrouwtjes dragen gemiddeld zo’n dertig eitjes en kunnen dat wel vier tot acht keer per half jaar doen. Tel maar uit: je hebt in mum van tijd een heleboel kakkerlakken.