Tot die conclusie komen onderzoekers nadat ze tijdens een mariene hittegolf tot hun stomme verbazing zien dat 100 clownsvissen opeens een stukje korter worden.
Dat is te lezen in het blad Science Advances. Voor het onderzoek bestudeerden de wetenschappers 134 clownsvissen, woonachtig in een baai voor de kust van Papoea-Nieuw-Guinea. De onderzoekers bestudeerden de vissen tijdens een zogenoemde mariene hittegolf; een periode waarin het oceaanwater ongewoon warm was. Gedurende die periode werd met enige regelmaat de watertemperatuur en de lengte van de clownsvissen vastgesteld. En dat leidt tot opmerkelijke resultaten. Want onder invloed van hittestress blijkt de lengte van de clownsvissen af te nemen.
Korter
“Het is niet alleen dat ze onder stressvolle omstandigheden wat slanker worden; deze vissen worden echt korter,” vertelt onderzoeker Melissa Versteeg. En dat hadden de onderzoekers ook niet verwacht. “We waren zo verrast toen we zagen dat deze vissen krompen, dat we – om zeker te weten dat het klopte – de lengte van elke vis gedurende een periode van vijf maanden herhaaldelijk hebben vastgesteld. En uiteindelijk ontdekten we zo dat dit (krimpen bij hitte, red.) heel gewoon was binnen deze populatie. Tijdens onze studie krompen 100 van de 134 vissen die we bestudeerden.” Sommige van die vissen krompen één keer, anderen zelfs meerdere keren.
Hoe ze het doen? Geen idee
Hoe de vissen precies krimpen, is onduidelijk. “Maar we weten dat er een paar andere organismen zijn die dit ook kunnen. Zo kunnen zeeleguanen wanneer ze stress ondervinden, krimpen door een deel van hun botmateriaal te absorberen,” legt Versteeg uit. Of de clownsvissen – die beroemdheid verwierven dankzij de Disney-film ‘Finding Nemo‘ – het ook zo aanpakken, is op dit moment echter onduidelijk.
Het werkt
Hoe de clownsvissen krimpen, mag dan onbekend zijn; het krimpen an sich lijkt wel te werken. Want alle vissen die meerdere keren krompen, overleefden de hittestress. En ook vissen die slechts één keer krompen, zagen hun kansen om de mariene hittegolf na te kunnen vertellen sterk toenemen; met tot wel 78 procent. Mogelijk zien de clownsvissen hun overlevingskansen toenemen, omdat ze als kleinere visjes minder voedsel nodig hebben en beter uit de voeten kunnen met de in warme wateren schaarsere hoeveelheden zuurstof.
Sociale status
Niet alle vissen krompen. En de onderzoekers ontdekten dat de kans dat een clownsvis kromp, niet alleen beïnvloed werd door watertemperatuur, maar ook door sociale status. Om te begrijpen hoe dat precies zit, moet je allereerst weten dat clownsvissen in kleine groepjes leven, die een strikte – op grootte gebaseerde – hiërarchie kennen (zie kader).
Clownsvissen leven in kleine groepjes, waarin de grootste vis altijd de baas is. Deze vis is altijd van het vrouwelijke geslacht. Zij vormt een paartje met de op één na grootste vis: het hoofdmannetje. Deze twee vissen nemen de voortplanting voor hun rekening (de andere – kleinere – vissen spelen daarin – nog – geen rol). Om conflicten binnen dit gelukkige huwelijk te voorkomen, controleert het mannetje zijn groei, zodat hij zijn vrouwtje niet voorbij groeit. Dat is slim, want een conflict kan er zomaar in resulteren dat hij de anemoon uit wordt geknikkerd en daarbuiten zijn zijn overlevingskansen nihil. Wanneer het vrouwtje sterft, wordt echter alles anders en schuiven alle vissen in de groep een plekje op. Het hoofdmannetje wordt nu de grootste vis én vrouw; hij ondergaat een geslachtsverandering. En de vis die nu de op één na grootste is, wordt haar man.
Uit het onderzoek blijkt dus dat de mate waarin clownsvissen krimpen, deels ook bepaald wordt door hun sociale status. Zo blijken vrouwtjes die al niet heel veel groter zijn dan hun mannetje, minder geneigd sterk zijn te krimpen dan vrouwtjes die fors groter zijn dan hun mannetjes. “Deze ontdekking suggereert dat het vermijden van een sociaal conflict ook een rol speelt bij het bepalen of clownsvissen (…) zullen krimpen,” zo schrijven de onderzoekers.
Samen krimpen is beter
Wat verder opvalt, is dat clownsvissen er ook bij gebaat lijken om samen te krimpen. Uit het onderzoek blijkt namelijk dat paartjes bestaande uit twee clownsvissen die samen krompen, betere overlevingskansen hadden dan paartjes bestaande uit clownsvissen die geen van beiden krompen of waarvan maar één clownsvis kromp.
Het onderzoek geeft niet alleen maar inzicht in het wel en wee van clownsvissen, maar kan wellicht ook helpen verklaren waarom de omvang van vissen in de oceanen afneemt. “Als krimp van individuele vissen wijdverspreid is en onder heel veel verschillende vissoorten voorkomt, kan dat een plausibele, alternatieve hypothese zijn die verklaart waarom de omvang van zoveel vissoorten afneemt,” aldus onderzoeker Theresa Rueger.