Het wereldwijde ‘klimaatbudget’ is bijna op

De mensheid heeft een soort spaarpot die bepaalt hoeveel CO2 we nog mogen uitstoten om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden Celsius. Volgens wetenschappers is die pot bijna leeg.

Vanaf begin 2025 hebben we nog maar 130 miljard ton CO2 te besteden. Bij de huidige uitstoot van zo’n 42 miljard ton per jaar is dat budget over drie jaar en drie maanden op. Deze cijfers komen uit de jaarlijkse “Indicators of Global Climate Change”-studie, die gepubliceerd werd in het vakblad Earth System Science Data. Wetenschappers houden hierin nauwlettend in de gaten hoe wij mensen het klimaat beïnvloeden. 

Hoe warm is het nu?
In 2024 schatten de onderzoekers dat de opwarming door menselijke activiteiten 1,36 graden Celsius boven het pre-industriële niveau lag. Dat is iets lager dan de 1,52 graden die wetenschappers daadwerkelijk meten, omdat natuurlijke schommelingen zoals El Niño de boel tijdelijk extra opwarmen. 

De wetenschappers gebruikten drie verschillende methodes om te bepalen hoeveel van die opwarming door ons komt. Deze technieken, ook gebruikt door het IPCC (het VN-klimaatpanel), combineren metingen uit de echte wereld met klimaatmodellen. Voor het klimaatbudget keken ze naar de directe link tussen hoeveel CO2 we samen uitstoten en hoe warm het wordt. Ze hielden ook rekening met andere broeikasgassen zoals methaan en lachgas, met de aanname dat die in de toekomst flink zullen afnemen.

Klimaatverandering gaat sneller
Het onderzoek laat zien dat klimaatverandering sneller gaat dan verwacht. De energie-onbalans van de aarde (simpel gezegd, het verschil tussen de warmte die de zon in onze atmosfeer pompt en wat de aarde weer uitstraalt) is in 2024 gestegen naar 0,99 watt per vierkante meter. Dat is 25 procent meer dan in de periode 2006-2018. En de zeespiegel? Die steeg sinds 1901 met 228 millimeter, maar alleen al in de laatste zes jaar kwam daar 26,1 millimeter bij. 

Broeikasgassen stapelen zich op
De hoeveelheid broeikasgassen in de lucht blijft maar groeien. In 2024 zat CO2 op 422,8 deeltjes per miljoen, methaan op 1.929,7 deeltjes per miljard en lachgas op 337,9 deeltjes per miljard. Vooral methaan springt eruit, mede door natuurlijke processen zoals extra uitstoot uit moerassen en wetlands die door de opwarming worden aangejaagd. En dat is geen goed nieuws, want methaan is op korte termijn een veel krachtiger broeikasgas dan CO2. 

Hoeveel stoten we uit?
In 2023 produceerden we wereldwijd 55,4 miljard ton CO2-equivalent aan broeikasgassen. Fossiele brandstoffen zoals olie, gas en kolen zijn goed voor 70 procent daarvan. Het goede nieuws? De snelheid waarmee die uitstoot groeit, is de afgelopen tien jaar afgenomen. Maar we zijn er nog lang niet, want de uitstoot groeit nog wel degelijk. 

Meer opwarming, meer tijd?
Als we aanvaarden dat de aarde wat warmer wordt, krijgen we meer speelruimte. Voor 1,6 graden hebben we nog 310 miljard ton CO2, goed voor zo’n negen jaar bij de huidige uitstoot. Bij 1,7 graden is dat 490 miljard ton, of twaalf jaar. Maar meer opwarming brengt natuurlijk meer risico’s met zich mee, zoals extremere weersomstandigheden. De onderzoekers waarschuwen bovendien dat deze getallen geen harde garanties zijn. Het zijn schattingen met flinke onzekerheden eromheen. Hoeveel risico we willen nemen, en dus hoe streng we het budget hanteren, is aan ons als samenleving.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd