Koeknuffelen, het was nota bene een Nederlandse uitvinding, die Amerikaanse onderzoekers op het idee bracht om te kijken hoe effectief therapie met koeien is voor mensen met psychische problemen. En…het werkt, maar wel vooral bij vrouwen. De koeien zelf hebben overigens ook liever een knuffel van een vrouw.
Dat blijkt uit onderzoek met twee stieren, genaamd Magnus en Callum, en elf mensen tussen de 13 en 79 jaar, van wie zes vrouwen en vijf mannen. Therapie met dieren wordt vaak als aanvulling gebruikt op bijvoorbeeld cognitieve gedragstherapie. Meestal hebben mensen dan contact met een hond, kat of paard. Het blijkt bijzonder effectief bij allerlei psychische aandoeningen, van autisme tot verslaving.
Minder in de natuur
“Er zitten zoveel voordelen aan dierentherapie!” vertelt onderzoeker Katherine Compitus enthousiast aan Scientias.nl. “Onze oxytocinespiegel gaat omhoog, de bloeddruk daalt en ons cortisolniveau zakt. We voelen ons minder gestrest en het verbetert zelfs onze relaties. De interactie met de ossen hielp mensen echt in hun contact met anderen.”
De onderzoekster van de New York University denkt dus dat het heel goed is om contact te hebben met dieren. “Ik merk dat naarmate de technologie vooruitgaat, mensen minder tijd in de natuur doorbrengen en dat dit ernstige psychologische en fysieke gevolgen heeft, een fenomeen dat sommige onderzoekers Nature Deficit Disorder noemen.”
Nederlandse traditie
Dierentherapie kan daarbij helpen, denkt ze. “Hoewel therapie met dieren al lang bestaat, ontdekten we onlangs pas de vele voordelen van de interactie tussen mensen en andere diersoorten. Ik heb geleerd dat er al jaren een Nederlandse traditie bestaat waarbij mensen die gestrest zijn, van de steden naar het platteland reizen om tijd door te brengen met boerderijdieren om zo een gevoel van fysiek en mentaal evenwicht te bereiken.”
Zo heel veel Nederlanders doen dit eigenlijk niet, maar het was een tijdje een hype in Engelstalige media, die schreven over “het immens populaire cow cuddling“. Compitus zegt daarover: “Ik wilde leren hoe dit koeknuffelen werkt en hoe we nieuwe behandelmethodes kunnen vinden voor het verbeteren van de geestelijke gezondheid. En ik wilde vooral weten hoe zowel mensen als koeien konden profiteren van deze interactie.”
Callum en Magnus
Want tot nu toe is er nauwelijks onderzoek gedaan naar therapie met boerderijdieren. Koeien blijken daarvoor bijzonder geschikt. Ze vertonen tijdens de therapie weinig stress en gaan bijvoorbeeld niet heel hard loeien. Sterker nog, ze blijken de aanrakingen van mensen wel prettig te vinden. Dat is te merken doordat ze ontspannen gaan liggen en likken en ruiken aan een persoon.
“De ossen die voor de therapie werden gebruikt, zijn erg sociaal, liefdevol en aanhankelijk. Ze hebben ook heel verschillende persoonlijkheden”, vertelt de onderzoekster. “Callum komt langzaam op gang en Magnus is buitengewoon nieuwsgierig en sociaal. Normaal gesproken moedigen wij deelnemers niet graag aan om therapiedieren te knuffelen, omdat dit voor de dieren overweldigend en eng kan zijn. Door hun grote formaat kunnen mensen echter een koe knuffelen zonder dat de koe zich overweldigd voelt. De koeien gaan soms zelfs bij iemand liggen en leggen hun kop in je schoot. Hun omvang, samen met hun aanhankelijke karakter, hun natuurlijke nieuwsgierigheid en neiging om in de buurt van mensen te zijn, maken deze interventie uniek.”
Likken en ruiken
De Amerikaanse onderzoekers merkten dat na 45 minuten contact met mensen Magnus en Callum begonnen te likken en ruiken. Ook accepteerden ze voedsel van de proefpersonen en stonden ze het toe dat mensen hen knuffelden en kusjes gaven. Maar ze hadden daarbij wel een voorkeur voor vrouwen. “De resultaten van deze studie tonen aan dat de ossen een sterke voorliefde hebben voor interactie met vrouwen en de vrouwen hechten zich ook meer aan de ossen dan mannen. Het is onduidelijk of de dieren meer de aandacht zoeken van vrouwen of dat de vrouwen meer initiatief tonen in het contact vergeleken met de mannelijke deelnemers.”
Liever een vrouw
Hoe dan ook, waren de onderzoekers verrast door de resultaten, alleen al omdat zowel mannen als vrouwen aangaven te genieten van de interactie met de ossen. “We zouden graag een vervolgonderzoek willen doen om erachter te komen waarom vrouwen meer van het contact genoten en waarom de ossen liever de vrouwen ontmoetten. Ik vermoed dat dit te maken heeft met de rol van vrouwen als verzorgers. De vrouwen stonden simpelweg meer open voor interactie met de ossen en ossen zijn, net als paarden, vrij goed in het aanvoelen van lichaamstaal. Misschien hebben ze dit subtiele gedragsverschil opgemerkt”, legt de Amerikaanse wetenschapper uit.
Stoere mannen
De onderzoeker verwijst naar het stereotype verschil tussen mannen en vrouwen. “In veel samenlevingen, vooral in de Verenigde Staten, wordt van mannen verwacht dat ze hun gevoelens niet uiten en minder emotioneel zijn. Ik vermoed dat de mannen zich simpelweg niet genoeg op hun gemak voelden om hun emoties zo gemakkelijk te tonen als vrouwen.”
“Dit betekent niet dat mannen geen baat kunnen hebben bij therapie met koeien, maar eerder dat we de interventie beter moeten afstemmen op de emotionele behoeften van mannen. Misschien zouden ze zich meer op hun gemak voelen bij directere activiteiten, zoals het voeren of borstelen van de koeien, of zouden ze baat hebben bij meerdere therapiesessies zodat ze zich comfortabeler voelen.”
Angsten overwinnen
De ossen deden de vrouwen in ieder geval goed. “Eén vrouwelijke deelnemer vertelde dat ze in eerste instantie nerveus was bij de jonge stieren door hun grootte en reputatie, maar toen ze hen ontmoette, voelde ze zich zo op haar gemak, ontspannen en gelukkig dat ze het gevoel had dat ze een grote angst had overwonnen. Ze meldde dat ze haar ervaringen zou toepassen in andere delen van haar leven: ze zou minder bang zijn voor grote problemen, omdat het vaak haar perceptie is die het spannend maakt. Ze gelooft dat ze nu alle moeilijkheden kan overwinnen”, aldus Compitus.
Ze zou haar onderzoek nu graag uitbreiden naar andere dieren zoals varkens en kippen en het willen uitvoeren met meer mensen. “Ook zou ik een psychologische beoordelingsmethode willen toevoegen, zoals een stemmings- of angstchecklist om nog meer te weten te komen over de effecten. Zoals altijd is het welzijn van de dieren ook erg belangrijk, dus dat blijf ik meewegen in mijn werk.”
Het is bijzonder om te zien dat zo’n groot dier als een koe toch zoveel warme gevoelens oproept bij mensen en dat de dieren zelf ook graag bij ons in de buurt zijn. Daar zouden we meer van moeten genieten. Misschien toch maar eens vaker een tochtje over het platteland maken!