We brengen een zaterdagavond door met vrienden, gaan op zondagmiddag bij de schoonouders op bezoek en doordeweeks doen we ook nog wel een kopje koffie hier of daar, kortom wij mensen zijn sociale dieren. Dat doen we voor de lol, maar het blijkt ook nog eens goed voor de levensverwachting.
Onderzoekers van de University of Oxford hebben namelijk ontdekt dat diersoorten die socialer zijn langer leven en gedurende langere tijd nageslacht produceren. Voor het eerst is naar het hele dierenrijk gekeken, van kwallen tot mensen.
Veerkrachtige groepen
De vraag was vooral: waarom heeft sociaal gedrag meer voordelen dan nadelen? Dieren die in groepen leven kunnen voedsel en onderdak delen, ze zijn beter beschermd tegen roofdieren en krijgen hulp bij het opvoeden van hun kinderen. Nadelen zijn er echter ook. Door dicht op elkaar te leven is de kans op de verspreiding van ziektes groter en neemt de onderlinge concurrentie toe, net als agressie en conflicten.
Maar wat weegt nu zwaarder? Daarvoor keken de Oxford-onderzoekers nu eens niet alleen naar vogels of bepaalde zoogdieren, maar naar maar liefst 152 diersoorten uit alle taxonomische groepen, dus bijvoorbeeld ook naar insecten en koralen. De conclusie: socialere soorten leven langer, worden later volwassen en planten zich langer en vaker succesvol voort dan alleen levende diersoorten. En hoewel ze minder goed zijn in het aanpassen aan een snel veranderende omgeving, zijn ze als groep wel veerkrachtiger. De studie bevestigt kortom dat sociaal gedrag meer voordelen dan nadelen heeft.
Flamingo’s en papegaaien
Het samenleven van dieren heeft invloed op een afnemend vermogen om voort te planten en te overleven, ook wel veroudering genoemd. Sociale bondgenoten bieden weliswaar bescherming tegen roofdieren, wat de levensduur verlengt, maar daar staat de stress van conflicten en hiërarchisch gedrag tegenover, wat weer een negatief effect heeft.
Hoofdonderzoeker Rob Salguero-Gómez van Oxford legt uit: “Sociaal gedrag is een fundamenteel aspect van veel dieren. We missen echter nog steeds soortoverstijgend bewijs van de kosten en voordelen van sociaal zijn. Wij hebben nu, door een ongekend aantal diersoorten te onderzoeken, aangetoond dat soorten die socialer zijn, zoals de meeste apen, mensen, olifanten, flamingo’s en papegaaien, een hogere levensverwachting en een langere voortplantingsperiode hebben dan meer solitaire soorten, zoals sommige vissen, reptielen en bepaalde insecten.”
Vijf categorieën
Sociaal gedrag wordt bij dieren meestal beschouwd als iets binairs: een soort is wel of niet sociaal. Maar deze studie ging voor het eerst uit van een schaal met vijf categorieën: er zijn solitaire dieren, die behalve om te paren, hun tijd alleen doorbrengen, zoals cheeta’s, tijgers en sommige wespen. Ten tweede zijn er ‘gezellige’ dieren. Ze brengen wel tijd door in groepen, maar de sociale interactie is losjes. Denk aan gnoes, zebra’s en zwermen vogels. Dan heb je ten derde groepsdieren. Deze dieren leven dicht bij elkaar en delen hun nest- of leefgebied, maar ze broeden niet samen. Een voorbeeld daarvan is de purperzwaluw. De vierde categorie zijn de zogenoemde koloniale dieren. Ze leven dicht bij elkaar en delen altijd hun nest of leefgebied, denk aan nestvogels, sommige wespen en koraalpoliepen. Tenslotte zijn er nog de sociale dieren. Die leven in stabiele, georganiseerde groepen, broeden gezamenlijk en kennen hiërarchische structuren, zoals olifanten, dolfijnen en de meeste primaten.
Klimaatverandering
Salguero-Gómez reageert: “In een post-covid-tijdperk, waarin de impact van isolatie voor mensen – een zeer sociale soort – duidelijk voelbaar is geworden, toont het onderzoek aan dat socialer zijn samenhangt met enkele duidelijke voordelen.” Dat koffiedrinken met vrienden waar je eigenlijk geen tijd voor hebt of dat plichtmatige familiebezoek is dus goed voor je levensverwachting.
Verder onderzoek is interessant om te kijken naar de invloed van sociaal gedrag op het aanpassen aan klimaatverandering: in hoeverre zijn socialere populaties bijvoorbeeld beter bestand tegen de opwarming of extremere weersomstandigheden? Dat kan beleidsmakers helpen om te bepalen welke soorten beter beschermd moeten worden en welke dieren zichzelf wel redden.