We moeten allemaal duurzamere keuzes maken om de opwarming van de aarde tegen te gaan. Maar hoe krijg je mensen op het groene pad? Klimaatlabels op voedsel kunnen helpen.
Een internationaal onderzoeksteam schotelde meer dan vijfduizend Amerikanen een menu voor, waarop ze één gerecht mochten uitzoeken voor het diner. Maar er zat een addertje onder het gras: er waren drie verschillende menukaarten. Een deel van de groep kreeg een menu met een groen klimaatlabel voor kip-, vis- en vegetarische gerechten. Met deze zogenoemde positieve framing werd duidelijk gemaakt dat de eters het klimaat een handje hielpen als ze voor dit voedsel zouden kiezen. Een tweede groep kreeg een menukaart met een rood klimaatlabel voor gerechten met rood vlees. Deze negatieve framing gold als een soort waarschuwing: rood vlees is slecht voor het milieu. Tenslotte kreeg de controlegroep een neutrale menukaart.
Rood schrikt af
Doel was om te achterhalen of mensen een klimaatlabel negeren en gewoon voor hun favoriete gerecht gaan, of dat het wel degelijk aanzet tot een duurzamere keuze. Gelukkig bleek dat laatste het geval. En wat opmerkelijk was: vooral de negatieve framing had effect. Als gerechten een rood label kregen, wat duidelijk maakte dat het voedsel een grote impact heeft op het klimaat, kozen 23 procent meer deelnemers voor een milieuvriendelijkere optie zonder rood vlees. Als voedsel een positief label kreeg, dus in een groene kleur, omdat de impact op het klimaat beperkt is, kozen 10 procent meer deelnemers voor de duurzamere gerechten. Vooral een rood label bij een gerecht op de menukaart lijkt dus een heel geschikte manier om mensen aan te moedigen een duurzamere keus te maken.
Effectieve nudge
“De resultaten van deze studie maken duidelijk dat labels die de impact van voedsel op het klimaat tonen, effectief kunnen zijn om consumenten een ‘nudge’ te geven richting duurzamere voedselkeuzes”, vertelt onderzoeker Julia Wolfson tegen Scientias.nl. “Hoe die labels er precies uit moeten gaan zien, is onderwerp van vervolgonderzoek. Het gaat om een balans tussen de haalbaarheid van het inschatten van de klimaatimpact en een duidelijke en eenvoudige boodschap voor de consument. Ook moet gekeken worden naar de meest effectieve plaatsing van de labels, dus op fysieke menukaarten, in apps of ander marketingmateriaal en op verpakkingen in de supermarkt.”
Als een klimaatlabel zo effectief is, zou je het als overheid verplicht willen stellen, maar dat is lastig, legt Wolfson uit. “In het huidige juridische landschap is het verplichten van klimaatlabels op fastfood of in andere restaurants niet realistisch. Vooruitgang op dit gebied moet dus vanuit de restaurants zelf komen.”
Niet per se gezond
De uitkomsten verrasten Wolfson wel. “Het was opmerkelijk dat we zo weinig demografische verschillen zagen bij de effecten van de labels. Dat kan een teken zijn dat deze benadering bij de hele bevolking, jong en oud, effectief is om een duurzamere voedselkeuze voor elkaar te krijgen.” Wat de onderzoeker ook verbaasde, is dat deelnemers die de duurzamere gerechten selecteerden, ook dachten dat die gezonder waren. “Dat betekent dus dat de klimaatlabels onbedoeld ook een aura van gezondheid geven aan gerechten, zelfs als ze ongezond zijn. Daarom zouden er zowel labels over duurzaamheid als over gezondheid op producten moeten komen.”
Wereldwijd is de veehouderij goed voor 14,5 procent van alle uitstoot van broeikasgassen, volgens cijfers van de VN. In Nederland komt 12 procent van de totale uitstoot voor rekening van de veehouderij en 65 procent van alle neerslag van stikstof. Die uitstoot wordt veroorzaakt door de 115 miljoen koeien, varkens en kippen, die in ons land leven. Wil je persoonlijk je steentje bijdragen aan het milieu dan kun je beter helemaal geen vlees eten. Per kilo plantaardige vleesvervanger komt er maar 2,5 kilo broeikasgas vrij. Een kilo rundvlees veroorzaakt bijna tien keer zoveel uitstoot, namelijk 24 kilo. Wil je toch vlees eten, kies dan niet voor rood vlees, maar voor kip. Een kilo kip leidt tot 6,4 kilo broeikasgasuitstoot. Vis en schelpdieren zijn nog beter met 1,5 tot 2,5 kilo broeikasgas en eieren zijn ook nog oké (4,5 kilo uitstoot per kilo product). Varkensvlees kun je beter laten staan als je om het milieu wil denken. Daarbij komt 9 kilo broeikasgas vrij.