Hoe graag ouders tegenwoordig ook hun kinderen vrij en blij willen opvoeden, in de praktijk zijn ze vaak overbeschermend en controlerend. En dat is allesbehalve goed voor de ontwikkeling van hun kroost. Gelukkig komen onderzoekers nu met een oplossing.
Helikopterouders willen hun kinderen beschermen tegen alles wat mogelijk niet zo prettig is in het leven. Daarom willen ze constant taken overnemen of problemen oplossen, terwijl kinderen juist moeten leren om dat zelf te doen. Ondertussen krijgen kinderen nooit ‘nee’ te horen, waardoor ze gewend zijn dat alles gaat zoals zij willen. Daardoor worden het niet alleen een beetje onprettige mensen, het ontbreekt hen ook aan doorzettingsvermogen en wilskracht. Als iets niet lukt, lost papa of mama het immers wel op. Overparenting, zoals de opvoedstijl van helikopterouders ook wel wordt genoemd, leidt volgens onderzoek dan ook tot een afname van de motivatie van kinderen om zelfstandig taken uit te voeren.
De heilige leerervaring
Onderzoekers van Yale hebben een oplossing bedacht, niet om kinderen te leren taakjes uit te voeren, maar om hun ouders te leren dat niet te doen. Het is eigenlijk heel simpel: presenteer een taak als een leerervaring en de ouderlijke bemoeienis neemt direct af.
“Als een volwassene een taak voor een jong kind uitvoert, kan dit het kind beroven van de kans om te leren hoe het de taak zelf kan volbrengen. Dat schaadt zijn vermogen om zelfredzaamheid, autonomie en andere belangrijke levensvaardigheden te ontwikkelen”, zegt hoofdauteur Reut Shachnai van Yale. “Onze bevindingen tonen aan dat het presenteren van dagelijkse taken als leermogelijkheden aanzienlijk kan bijdragen aan het verminderen van overparenting en tegelijkertijd de onafhankelijkheid, het doorzettingsvermogen en de veerkracht van kinderen kan bevorderen.”
Verkleedpartijtje
De studie bestond uit drie onderdelen. In het eerste deel onderzochten de onderzoekers 77 ouders van kleuters om inzicht te krijgen in hun opvattingen over leren bij kinderen en hun neiging tot overparenting. Ouders meldden minder vaak in te grijpen bij taken die zij als grote leermogelijkheden beschouwden, meestal traditionele leertaken zoals puzzels oplossen of letters overtrekken, in tegenstelling tot niet-educatieve klusjes zoals aankleden.
Vervolgens voerden de Amerikaanse onderzoekers een experiment uit in een kindermuseum in Philadelphia om te testen of het presenteren van aankleden als een educatieve kans overparenting vermindert. Om ervoor te zorgen dat de taak nieuw en uitdagend was, lieten ze de 4- en 5-jarigen hockeykleding aantrekken, zoals twee scheenbeschermers en een borstbeschermer. Voorafgaand aan het experiment werd vastgesteld dat de kinderen de taak zelfstandig konden uitvoeren, zodat elke ouderlijke bemoeienis kon worden aangemerkt als overparenting.
De heilige leerervaring
De onderzoekers verdeelden dertig ouder-kindparen willekeurig in twee groepen: een ‘grote leermogelijkheid’-groep, waarin ouders te horen kregen dat kinderen belangrijke levensvaardigheden kunnen leren door kleding aan te trekken, en een controlegroep, waarin ouders te horen kregen dat verkleedactiviteiten kinderen helpen om betrokken te raken bij het museum.
Het experiment liet zien dat het presenteren van de taak als een leermogelijkheid het aantal acties dat ouders voor hun kind uitvoerden, met ongeveer de helft verminderde, van gemiddeld 8,6 acties in de controlegroep tot 4,4 in de leermogelijkheid-groep. Daarnaast moedigden ouders hun kinderen vaker aan en gaven ze meer positieve feedback als de taak werd gepresenteerd als een leermogelijkheid.
Belangrijke levensvaardigheden
Een daaropvolgend experiment onderzocht of de omvang van de leermogelijkheid invloed had op hoeveel ouders ingrepen tijdens een taak. Tachtig ouder-kindparen werden willekeurig verdeeld in twee groepen: in de ene groep kregen ouders te horen dat kleding aantrekken een kans biedt om belangrijke levensvaardigheden te leren, en in de andere groep kregen ze te horen dat het aantrekken van deze kleding kinderen helpt om te leren over hockeykledij.
Het experiment vond geen bewijs dat ouders minder ingrepen als een taak werd gepresenteerd als een grote in plaats van een kleine leermogelijkheid. Het aantal interventies was in beide groepen ongeveer even laag. Het gaat er dus om dat ouders een activiteit als een leermogelijkheid beschouwen. Daarbij maakt het niet uit hoeveel er precies geleerd wordt.
Stop met helikopteren
“Het is heel gebruikelijk dat ouders, die vaak onder tijdsdruk staan, alledaagse taken voor hun kinderen uitvoeren, maar er is bewijs dat dit gedrag kinderen demotiveert om dingen zelf te doen”, zegt Julia Leonard, psychologiedocent aan Yale. “Op basis van ons werk kunnen we het volgende aanbevelen aan ouders: als je de volgende keer de neiging hebt om een taak voor je kind uit te voeren, neem dan een moment om te bedenken wat het kind allemaal kan leren door te proberen de taak zelf te volbrengen.”