Hoe warmer, hoe slimmer. Hagedissen die zich in een warmer ei ontwikkelen, zijn op latere leeftijd veel slimmer.
Dat blijkt uit onderzoek van de universiteit van Sydney. De wetenschappers baseren hun conclusies op experimenten.
Experiment
Ze verzamelden een aantal eieren van de hagedis Bassiana duperreyi. Vervolgens werd een deel van de eieren bij een temperatuur van 22 graden Celsius bewaard. Gedurende de dag kon die temperatuur hooguit 7,5 graad zakken of stijgen. Een tweede groep eieren belandde in een temperatuur van 16 graden Celsius en ook hier kon de temperatuur hooguit 7,5 graad dalen of stijgen. De omstandigheden leken daarmee sterk op de natuurlijke omstandigheden van hagedissen die hun eitjes hoger (waar het koud is) of lager (waar het warmer is) leggen.
Leren
Zodra de hagedissen uit hun ei kwamen, werden ze klaargestoomd voor het echte experiment. Ze leerden dat ze bij een bepaald signaal moesten vluchten. Ze hadden daarbij twee opties: naar schuilplaats A of schuilplaats B. Alleen was schuilplaats B niet zo geschikt, want wanneer de hagedis daar aankwam, zou hij zien dat hij hier niet naar binnen kon. De onderzoekers keken hoelang het duurde voordat de hagedissen geleerd hadden wat de beste vluchtplaats was.
Warmte
De hagedissen die tijdens hun periode in het ei een warmere temperatuur ervaren hadden, deden het over het algemeen beter. En dat is interessant, zo vindt onderzoeker Joshua Amiel. “Factoren zoals klimaatverandering en de plaats waar een moederhagedis besluit om haar nest te maken, hebben invloed op de vaardigheid van de jongen om nieuwe dingen te leren.” En de vaardigheid om te leren heeft weer invloed op de overlevingskansen van de hagedis.
Het volledige onderzoek is terug te vinden in het blad Biology Letters.