De ogen van een haai zijn zeer gevoelig voor licht, maar niet in staat om kleuren uit elkaar te houden. Dat blijkt uit Australisch onderzoek. Mogelijk kunnen de resultaten ervoor zorgen dat haaien mensen minder vaak aanvallen. Door de kleuren van vis- en zwemgerei aan te passen, ziet de haai deze mogelijk niet langer als een bedreiging en laat hij deze met rust.
De wetenschappers bestudeerden de netvliezen van zeventien haaiensoorten. Alle soorten bleken de meeste staafjes te hebben. Deze gebruiken de dieren om het verschil tussen donker en licht te maken. Tien van de soorten misten echter kegeltjes: de cellen die zowel dieren als mensen helpen om onderscheid te maken tussen kleuren.
Geen kleuren
De zeven soorten die wel kegeltjes hadden, bleken ook geen kleuren te kunnen zien. De kegeltjes waren enkel gevoelig voor groene tinten. Uit de studie blijkt dat haaien wel het verschil kunnen zien tussen verschillende tinten grijs, maar niet tussen kleuren.
In zee
Kleurenblindheid komt onder landdieren vrij weinig voor; kleuren zijn op het land namelijk een belangrijke bron van informatie. Maar in het water is dat anders. Op grotere diepte is het zien van contrast veel belangrijker.
Dolfijn
Uit eerder onderzoek is al gebleken dat walvissen, dolfijnen en zeehonden ook kegeltjes hebben die enkel groene tinten kunnen onderscheiden. De onderzoekers concluderen dat deze diersoorten waarschijnlijk net als de haai kleurenblind zijn.
WIST U DAT…
De studie biedt handvaten om aanvallen van haaien op mensen te voorkomen. “Onze studie toont aan dat haaien voorwerpen niet dankzij kleuren maar contrast detecteren,” vertelt onderzoeker Nathan Scott Hart. “Dat kan ons helpen om vis-, zwem- en surfspullen te ontwikkelen die minder in contrast zijn met de omgeving en dus minder aantrekkelijk zijn voor de haai.”
De gedetailleerde resultaten van de studie zijn terug te vinden in het blad Naturwissenschaften.
