Ben je je goudvissen zat? Ze in de natuur vrijlaten klinkt misschien als een oplossing, maar met het oog op de biodiversiteit blijkt dat toch niet zo handig.
Bij het woord goudvis denk je waarschijnlijk in eerste instantie aan een vissenkom, aquarium of vijver. Maar ook in de vrije natuur kunnen vrijgelaten of ontsnapte exemplaren prima overleven. Helaas kunnen de soorten die van nature voorkomen in zo’n gebied daar behoorlijk last van hebben. Goudvissen worden dan ook wel gerekend tot de meest schadelijke invasieve vissoorten ter wereld.
Maar wat maakt deze populaire huisdieren dan tot zo’n groot risico? Dat hebben James Dickey van het Leibnitz-instituut voor zoetwaterecologie en binnenvisserij nu in hun lab onderzocht. En uit die experimenten concluderen ze: goudvissen eten behoorlijk veel. Bovendien zijn ze niet bang voor nieuwigheden, waardoor ze zich sneller zouden kunnen verspreiden.
Problematische nieuwkomers
Voor hun onderzoek schaften Dickey en collega’s een voorraadje goudvissen aan bij een Ierse dierenwinkel. Ook kochten ze exemplaren van een andere populaire aquariumvis: de Chinese danio. Daarnaast vingen ze een aantal bermpjes, vissen die qua eet- en groepsgedrag lijken op goudvissen, en elritsen, die veel overeenkomsten hebben met Chinese danio’s.
In hun lab bleken de goudvissen vervolgens met afstand de grootste vreetzakjes van de vier. En niet alleen hebben de goudvissen een bijna onstilbare eetlust, schrijven Dickey en collega’s in het tijdschrift NeoBiota, ook zijn ze niet erg kieskeurig: ze passen hun dieet makkelijk aan andere omstandigheden aan. Dat maakt de kans extra groot dat ze als nieuwkomers een probleem zullen vormen voor de soorten die al in een gebied te vinden warn.
Groot risico voor biodiversiteit
Een eigenschap die een soort kan helpen zich te verspreiden over een nieuw leefgebied, is de ‘dapperheid’. Daar kun je een indruk van krijgen door een nieuw voorwerp in het aquarium te hangen en te turven hoe vaak vissen dat voorwerp opzoeken. Op dat punt wonnen de goudvissen het van de Chinese danio’s.
Al met al, zo concluderen de onderzoekers, zouden de dappere en vraatzuchtige goudvissen een groot risico kunnen vormen voor de biodiversiteit van het gebied waar ze in terechtkomen.
Troebel water
Joep de Leeuw, senior onderzoeker visecologie en binnenvisserij aan Wageningen University & Research, vindt het werk van Dickey en collega “een bruikbare aanvulling op de kennis van in hoeverre goudvissen een risico vormen”. Wat de studie niet kan, vervolgt hij, is “voor elke vorm van uitzet, in elk type water, en voor verschillende gemeenschappen van vissen en andere dieren precies voorspellen wat er zal gebeuren. Maar dat is sowieso een utopie”.
Verder zegt De Leeuw dat goudvissen ook nog op andere manieren voor problemen kunnen zorgen. “Invasieve soorten die door menselijk toedoen in het milieu terechtkomen, kunnen ook ziekteverwekkers meebrengen. Voor de goudvis is dat bijvoorbeeld het Third Cyprinid Herpesvirus, dat dodelijk kan zijn voor andere karperachtige vissoorten. Ook kunnen goudvissen ongunstig zijn voor amfibieën doordat ze eieren en larven opeten en de bodem omwoelen, waardoor het water te troebel wordt.”
Kortom: die ogenschijnlijk zo onschuldige visjes kunnen behoorlijk wat aanrichten als je ze uit hun kom de sloot in kiepert.