Mensen ontdekten het vuur een miljoen jaar geleden. Maar wanneer leerden ze het beheersen? De vondst van een 300.000 jaar oude stookplaats die herhaaldelijk werd aangestoken, biedt wellicht een antwoord op die vraag.
Onderzoekers ontdekten een flinke hoop as in een grot in Israël, nabij het tegenwoordige Rosj Haäjin. In het as vonden ze stukjes bot en aarde die sterk verhit waren geweest. Het bewees dat zich hier ooit een groot vuur had bevonden. Een verdere analyse toonde aan dat op deze plek herhaaldelijk een vuurtje was gestookt.
Vlees
Rond, maar ook op de plek van het vuur troffen de onderzoekers gereedschappen aan die gebruikt waren om vlees te snijden. Ook vonden ze er resten van verbrande dierenbotten. Het wijst er allemaal op dat het vuur gebruikt werd om vlees te bereiden.
Basiskamp
Op iets grotere afstand van het vuur troffen de onderzoekers ook gereedschappen aan. Die werden echter voor heel andere activiteiten gebruikt dan de gereedschappen in en rond het vuur. Het suggereert dat de grot dienst deed als een soort basiskamp waar prehistorische mensen herhaaldelijk samenkwamen.
“Deze vondsten helpen ons om een belangrijk keerpunt in de ontwikkeling van de menselijke cultuur aan te wijzen – het punt waarop mensen vuur met regelmaat gingen gebruiken om vlees te braden en als een soort middelpunt, een soort kampvuur, om gezellig samen te zijn,” legt onderzoeker Ruth Shahack-Gross uit. “Ze vertellen ons ook iets over de indrukwekkende sociale en cognitieve ontwikkeling van mensen die 300.000 jaar geleden leefden.”