Hoog in de Andes lijkt het een beetje alsof je op Mars bent: er valt zelden neerslag, het is er ijzig koud en de lucht is zuurstofarm. Gedacht werd dan ook dat zoogdieren hier onmogelijk konden overleven. Maar de ontdekking van gemummificeerde muizen in die Mars-achtige omgeving suggereert nu iets heel anders…
Dat schrijven onderzoekers in het blad Current Biology nadat ze de toppen van verschillende vulkanen in de Andes afspeurden, waaronder ook exemplaren die meer dan 6000 meter boven de zeespiegel liggen. Het resulteert in de ontdekking van 13 dode, maar goed bewaard gebleven muizen op meerdere van die kilometershoge toppen. “Het zijn in feite gevriesdroogde, gemummificeerde muizen,” vertelt onderzoeker Jay Storz. En in sommige gevallen werden naast die mummies ook skeletten van talloze andere muizen aangetroffen.
Onderschat
Het wijst er sterk op dat muizen op deze extreme hoogte en in de daarmee gepaard gaande extreme omstandigheden leven, zo concluderen de onderzoekers. “Dat is het meest verrassende aan onze ontdekking,” stelt Storz. “Dat zoogdieren kunnen leven op de toppen van vulkanen in zo’n onherbergzame, Mars-achtige omgeving. Goedgetrainde bergbeklimmers kunnen zulke extreme omstandigheden gedurende een dag verdragen, maar het feit dat muizen echt op deze hoogte leven, laat zien dat we ze onderschat hebben als het gaat om wat ze fysiologisch gezien kunnen hebben.”
Eerdere ontdekkingen
Het is niet voor het eerst dat onderzoekers de resten van muizen hoog in de Andes aantreffen. In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw stuitten wetenschappers tijdens expedities naar verschillende toppen in de Andes reeds op skeletten van muizen. Maar die wetenschappers gingen er eigenlijk automatisch vanuit dat de muizen met de Inca’s – die regelmatig op pelgrimstocht gingen naar voor hen heilige plaatsen in de bergen – waren meegelift. Een logische gedachte, zo stelt Storz. “Je kunt de archeologen niet kwalijk nemen dat ze zo dachten, want hoe zou je het anders kunnen verklaren (dat hier resten van muizen zijn teruggevonden, red.)? Niets kan daar leven, dus de muizen moesten daar wel gebracht zijn.” Maar die aanname kwam voor het eerst op losse schroeven te staan toen Storz in 2020 tijdens het beklimmen van de 6700 meter hoge stratovulkaan Llullaillaco, gelegen in de Andes, op de grens tussen Chili en Argentinië, een levende muis spotte. Zouden de dieren hier dan toch op eigen kracht kunnen komen én overleven?
Jonge muizen
Het nieuwe onderzoek, waarvoor de onderzoekers dus meerdere toppen van vulkanen afspeurden, suggereert van wel. Het resulteert namelijk in de ontdekking van 13 gemummificeerde muizen die – zo wijst een datering uit – de Inca’s nooit hebben meegemaakt. Zo blijken negen van de muizen na 1955 te zijn gestorven. En de overige vier legden hooguit 350 jaar geleden het loodje: meer dan een eeuw nadat het Inca-rijk door toedoen van de Spanjaarden het onderspit delfde. “Het lijkt meer en meer duidelijk te worden dat de muizen hier op eigen kracht zijn gekomen,” concludeert Storz.
DNA
Een analyse van het DNA van de gemummificeerde muizen wijst uit dat ze gerekend kunnen worden tot Phyllotis xanthopygus, een soort waarvan bekend is dat deze in lagergelegen delen van hetzelfde gebied voorkomt. Verder ontdekten de onderzoekers dat er ongeveer evenveel gemummificeerde mannetjes (zes) als vrouwtjes (zeven) zijn teruggevonden. En twee teruggevonden mummies bleken zelfs aan elkaar verwant; mogelijk hadden ze dezelfde ouders of gaat het om een ouder en kind. “Het is allemaal exact wat je zou verwachten te vinden als je een aantal muizen uit een klein deel van een leefbare omgeving zou verzamelen,” vertelt Storz. Kortom: dit alles wijst erop dat er op grote hoogte echt sprake is van een ‘gewone’ muizenpopulatie die daar op eigen kracht is gekomen én weet stand te houden. Dat wordt verder onderschreven door inmiddels meerdere waarnemingen van levende muizen op die toppen en de ontdekking van muizenholen op de Puna de Atacama, een dorre hoogvlakte in de Andes, op een hoogte van zo’n 4500 meter. “De ontdekking van muizenmummies op de toppen van deze ijzige, door de wind gegeselde vulkaantoppen was een enorme verrassing,” erkent Storz. “Maar het bewijs dat muizenpopulaties langdurig op deze extreme hoogtes weten te overleven, stapelt zich op.”
Buitenaards landschap
Het blijft verbazingwekkend. Want het zijn zeer onherbergzame plekken. Het is er zo koud en zo droog en de lucht is er zo zuurstofarm dat de gebieden ook wel vergeleken worden met Mars. “Zelfs aan de voet van de vulkanen leven de muizen in een extreme, Mars-achtige omgeving,” vertelt Storz. “En op de toppen van de vulkanen is dat nog veel sterker het geval. Het voelt buitenaards. Het is dan ook verbijsterend dat een dier, laat staan een warmbloedig zoogdier, in deze omgeving kan overleven en functioneren.”
Vervolgstudie
Vervolgonderzoek moet uitwijzen hoe de muizen zich in dit onherbergzame gebied weten te redden. De wetenschappers hebben daartoe op verschillende hoogtes muizen behorende tot de soort Phyllotis xanthopygus verzameld. Die muizen wennen nu in het lab langzaam aan omstandigheden zoals we die onder meer op de Puna de Atacama vinden; ze worden bijvoorbeeld gaandeweg blootgesteld aan steeds lage temperaturen, een steeds ijler wordende lucht en steeds langere perioden van droogte. Door de muizen onder die omstandigheden te bestuderen, hopen de onderzoekers helder te krijgen welke aanpassingen de muizen in staat stellen om daar te overleven.
Een andere interessante vervolgvraag is waarom sommige muizen naar de onherbergzame toppen van de Andes trekken. Ook dat is nog onduidelijk. Eén optie is dat ze zo proberen te ontsnappen aan de talloze roofdieren die hen het leven op geringere hoogte zuur maken. “Zeker: als je je naar de top van een 6000 meter hoge vulkaan begeeft, ben je in ieder geval veilig,” erkent Storz. “Maar dan heb je wel weer andere dingen om je zorgen over te maken. Waarom ze zich naar deze extreme hoogtes begeven, blijft dan ook een mysterie.”