Heb je geen doel in het leven? Dan is de kans (misschien) groter dat je dementie krijgt

Nieuw onderzoek wijst uit dat het gebrek aan een levensdoel en persoonlijke groei bij ouderen mogelijk een vroeg waarschuwingssignaal is voor dementie. Deze bevindingen kunnen helpen bij het vroegtijdig identificeren van mensen met een verhoogd risico op cognitieve achteruitgang, al is meer onderzoek nodig.

Een internationale onderzoeksgroep volgde 910 cognitief gezonde ouderen gedurende een periode van gemiddeld 14 jaar. Tijdens deze periode ontwikkelde 29 procent van de deelnemers milde cognitieve stoornissen (MCI). Dat is een toestand waarbij iemand merkbare geheugen- of denkproblemen ervaart die ernstiger zijn dan normale veroudering, maar niet genoeg om als dementie te worden gediagnosticeerd. Van de 265 mensen met MCI ontwikkelde een derde, oftewel 89 personen, later dementie. De onderzoekers ontdekten dat de deelnemers met MCI een snellere achteruitgang in psychologisch welzijn vertoonden dan degenen die cognitief gezond bleven.

Al drie tot zes jaar merkbaar
Een opvallend resultaat van de studie is dat een verminderde behoefte aan een levensdoel en persoonlijke groei al drie tot zes jaar vóór de diagnose van MCI zichtbaar werd. Deze aspecten van psychologisch welzijn namen merkbaar af, zelfs voordat duidelijke cognitieve symptomen optraden. Naast een levensdoel en persoonlijke groei onderzochten de onderzoekers ook andere aspecten van welzijn, zoals zelfacceptatie, autonomie, omgevingsbeheersing en betekenisvolle relaties met anderen. Ook deze aspecten namen af voordat MCI en dementie zichtbaar werden, maar minder snel.

Geen oorzakelijk verband aangetoond
Hoewel de studie geen oorzakelijk verband kan aantonen, suggereren de resultaten dat verminderd psychologisch welzijn, met name het ontbreken van een levensdoel en persoonlijke groei, een voorspeller kan zijn van latere cognitieve problemen. “Onze bevindingen geven aan dat persoonlijke groei en een doel in het leven cognitief veeleisender kunnen zijn dan andere componenten van welzijn, en daarom kunnen dienen als gevoeligere indicatoren van cognitieve veroudering”, zeggen de onderzoekers. 

“Bovendien ondervonden we dat positieve relaties met anderen snel afnamen na de diagnose van MCI. Mensen met een verminderde cognitieve functie nemen mogelijk minder deel aan (sociale) activiteiten dan voorheen, wat kan leiden tot een verdere verslechtering van hun relaties met vrienden of anderen”, voegen ze daar nog aan toe.

Beperkingen van de studie
De studie kent enkele beperkingen, zoals een mogelijk selectie-effect door de hoge opleiding van de deelnemers, die bovendien voornamelijk wit en vrouwelijk waren. Daarnaast zijn de precieze mechanismen achter de relatie tussen welzijn en cognitieve functie nog niet volledig begrepen. De onderzoekers suggereren dat deze relatie mogelijk tweeledig is: slechtere cognitieve functies kunnen mogelijk leiden tot een verminderd psychologisch welzijn, terwijl een slechter welzijn ook een negatieve invloed op de cognitie kan hebben.

Desondanks benadrukken de onderzoekers het belang van psychologische ondersteuning voor mensen met een diagnose van dementie. Dat kan volgens hen bijdragen aan betere zorg voor ouderen met een verhoogd risico op cognitieve achteruitgang. Toekomstig onderzoek moet uitwijzen of het versterken van het psychologisch welzijn bij ouderen mogelijk kan helpen bij het vertragen of voorkomen van cognitieve achteruitgang. 

Andere risicofactoren
Eerder dit jaar hebben onderzoekers van de Universiteit van Oxford de risicofactoren voor dementie in kaart gebracht en maar liefst 161 factoren geïdentificeerd. Drie risicofactoren kwamen als bijzonder schadelijk naar voren: diabetes, luchtvervuiling en alcoholgebruik. Deze factoren hebben een aanzienlijke invloed op een kwetsbaar netwerk in de hersenen dat betrokken is bij complex denken en dat sneller veroudert dan andere hersengebieden.

Om dementie te voorkomen, is een gezonde levensstijl dus cruciaal. Hoewel je weinig kunt doen aan luchtvervuiling, kan het verminderen van alcoholconsumptie en het volgen van een gezond dieet een groot verschil maken. Zorg ook voor duidelijke levensdoelen, zelfs op latere leeftijd, om je kansen op dementie zo laag mogelijk te houden.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd