Er zitten vermoedelijk clowns en apen verborgen in de schilderijen van Pollock

Jackson Pollock kennen we vooral van het ogenschijnlijk willekeurige gesmijt met verf tegen een doek, ook wel drip painting genoemd. Volgens nieuw onderzoek is zijn werk echter een stuk minder willekeurig dan gedacht.

Psychiatrieprofessor Stephen Stahl stelt dat Pollock duidelijke beelden in zijn schilderijen verwerkte en daaroverheen zijn befaamde drippingtechniek toepaste. Hij zou zelfs herhaaldelijk dezelfde afbeeldingen in zijn kunstwerken verstoppen.

Van Pollock is bekend dat hij aan een bipolaire stoornis leed, iets dat in zijn tijd – hij leefde van 1912 tot 1956 – nog werd gediagnosticeerd als schizofrenie en psychoses. Door zijn bipolaire stoornis, waarbij depressieve en manische episodes worden afgewisseld, zou hij over buitengewoon goede ruimtelijke en creatieve vaardigheden beschikken. “Zijn opmerkelijke vermogen om beelden in zijn werk te verstoppen kan deel zijn geweest van zijn creatieve genie en zijn versterkt door de extreem goede visuele ruimtelijke vaardigheden die bij sommige bipolaire patiënten zijn beschreven”, aldus Stahl.

Apen, clowns en olifanten
De psychiater zegt dat Pollock bewust of onbewust beelden in zijn schilderijen versleutelde om een verhaal te vertellen. “Bepaalde beelden komen herhaaldelijk terug in zijn werk, waaronder drankflessen, afbeeldingen van zichzelf, apen, clowns en olifanten. We hebben dus goede redenen om aan te nemen dat Pollock deze beelden al dan niet bewust in zijn schilderijen verwerkte.”

In hoeverre er écht afbeeldingen te zien zijn in Pollocks werk is onderwerp van controverse. Sommige kunstcritici beweren dat er helemaal geen echte plaatjes te zien zijn en dat kijkers er alleen maar in zien wat ze wíllen zien. Pollocks schilderijen zouden mensen er alleen maar toe aanzetten om hun eigen emoties op deze werken te projecteren, maar van echte afbeeldingen zou geen sprake zijn. “De mogelijkheid bestaat dat Pollocks techniek een vorm van pareidolia (iets herkenbaars zien in iets willekeurigs, red.) bij de kijker teweegbrengt, vergelijkbaar met de inktvlekken van Rorschach. De aanwezigheid van dezelfde beelden die in verschillende schilderijen terugkomen, pleit echter tegen willekeur”, aldus Stahl tegen Scientias.nl. 

Hij legt uit: “Een beeld één keer zien in een drippingschilderij kan willekeurig zijn, hetzelfde beeld twee keer zien in verschillende schilderijen kan toeval zijn, het drie of meer keer zien – zoals het geval is bij drankflessen, apen en gorilla’s, olifanten en vele andere onderwerpen in Pollocks schilderijen – maakt het zeer onwaarschijnlijk dat deze beelden willekeurig uitgelokte percepties zijn zonder enige basis in de werkelijkheid.”

De invloed van de Rorschachtest
Het kan ook zijn dat Pollock bewust vage lijnen in zijn werk verwerkte zodat kijkers er zelf dingen in zouden zien. “Pollock kwam in aanraking met de Rorschachtest in New York toen hij begin 20 in het ziekenhuis werd opgenomen voor een bipolaire stoornis, kort nadat deze afbeeldingen werden gepubliceerd. Het is mogelijk dat Pollock, toen hij de plaatjes had gezien, zich realiseerde dat beelden met vage randen kijkers zouden uitlokken om er dingen in te zien.”

Maar geeft Stahl toe: “Er is uiteindelijk geen manier om dit te bewijzen of te weerleggen. Experts in abstract expressionisme in de kunstwereld geloven dat deze kunstvorm simpelweg het schilderen van actie voorstelt, waarbij het resultaat niet relevant is en er geen beelden aanwezig zijn. Aan de andere kant, als je deze beelden voorlegt aan een psychiatrisch publiek en hen ondervraagt, blijkt dat een grote meerderheid de beelden wel ziet.”

Pollogliefen
Onderzoeker Jon Gates, bedenker van de term pollogliefen, beaamt: “Iedereen ziet de wereld anders. Sommigen zullen de beelden nooit zien omdat hen altijd verteld is dat die er niet zijn. Anderen negeren ze omdat hen verteld is dat ze niet anders naar een kunstwerk mogen kijken dan hoe het gepresenteerd wordt. Weer anderen nemen er gewoon de tijd niet voor. Aan de andere kant van het spectrum hebben sommigen een zeer hoog niveau van patroonherkenning waarbij zelfs een gedeeltelijke indicator van een afbeelding de hersenen in staat kan stellen om een afbeelding in zijn geheel te onderscheiden. Atleten kunnen zich bijvoorbeeld vaak een gebeurtenis perfect voorstellen voordat die heeft plaatsgevonden door alle visuele ruis heen.”

De mogelijkheid dat er apen en olifanten te zien zijn, maakt de schilderijen van Pollock nóg interessanter. Toch maar weer eens een kijkje gaan nemen in een museum!

Bronmateriaal

"Pollock's Abstract Images in Paintings Prior to His Drip Paintings" - CNS Spectrums
Interview met onderzoekers professor Stephen Stahl en Jon Gates
Afbeelding bovenaan dit artikel: Poli Volkova / Pexels

Fout gevonden?

Interessant voor jou

Voor jou geselecteerd