Duikers hebben 1203 zilverstaven uit een scheepswrak gehaald. En er wacht mogelijk nog veel meer. Het scheepswrak belandde in 1941 op zo’n 4,8 kilometer diepte nadat het door een Duitse onderzeeër getorpedeerd werd.
De zilverschat is nu al indrukwekkend en naar verwachting is nog niet eens al het zilver boven gehaald. Onderzoek wijst erop dat tot op heden slechts 20 procent van het zilver dat aan boord was, is teruggevonden. De duikers – die in opdracht van de Engelse staat werken – zetten hun zoektocht dan ook voort. Ze kammen het ruim uit en als het zilver niet aan boord wordt teruggevonden, zoeken de duikers in de omgeving van het wrak verder.
Diepte
Hoewel het schip al zo’n zeventig jaar op de bodem van de zee rust, lijkt al het zilver nog aanwezig te zijn. De serienummers van de teruggevonden zilveren staven komen netjes overeen met de serienummers op de documenten die melden wat er allemaal aan boord was. Dat de zilverschat niet is weggeroofd, zal mede te maken hebben met de diepte van het wrak. Zo’n zware buit vanaf zo’n diepte naar boven brengen, is – op z’n zachtst uitgedrukt – heel lastig.
Engelse overheid
De zilverschat behoort toe aan de Engelse overheid. Zoals gezegd werd het schip met zilver in de Tweede Wereldoorlog door een Duitse onderzeeër getorpedeerd. En in die oorlog verzekerde de Engelse overheid alle private ladingen die vervoerd werden onder de War Risk Insurance Program. Toen het schip en de lading verloren ging, betaalde de staat de eigenaren van het zilver 325.000 pond (ongeveer 415.000 euro) uit. En daarmee werd de Engelse staat eigenaar van de zilverschat.
Het is nog even spannend hoeveel zilver er uiteindelijk nog uit het schip gehaald wordt. Mogelijk is dat veel meer dan gepland. In de documenten omtrent het War Risk Insurance Program wordt namelijk alleen melding gemaakt van zilver dat aan private ondernemingen toebehoort. Het is echter mogelijk dat zich aan boord ook nog zilver van de overheid bevond. Dat zou verklaren waarom sommige bronnen (zie hieronder) de waarde van de lading van Gairsoppa in 1941 op 600.000 pond (ongeveer 765.000 euro) schatten.