Eerst stierf de pelsrob haast uit door de jacht. Nu legt hij om een heel andere reden bijna het loodje

Het zit de pelsrobben op Antarctica niet mee. Was hun populatie net weer hersteld, nadat ze bijna waren uitgeroeid door jagers, wordt hun voortbestaan opnieuw bedreigd. Deze keer door een gebrek aan voedsel.

De Antarctische pelsrobben, ooit geliefd vanwege hun vacht, leven voornamelijk op South Georgia, een eilandengroep bij Antarctica. Nadat er eeuwenlang op ze gejaagd was, waren ze zo goed als uitgestorven. Maar ze herstelden zich: in 2009 waren er weer zo’n 3,5 miljoen pelsrobben, een gezond aantal.

Goed en slecht nieuws
Goed nieuws zou je denken. Tot onderzoekers van de British Antarctic Survey (BAS) meer in detail gingen kijken naar het aantal dieren op Bird Island, onderdeel van South Georgia. Daaruit bleek dat de zeehonden steeds moeilijker aan krill konden komen, kleine garnaalachtige zeediertjes. Daardoor is de pelsrobpopulatie de laatste tien jaar weer ingestort.

BAS-wetenschapper en onderzoeksleider Jaume Forcada legt uit: “We ontdekten goed en slecht nieuws over de zeehonden. De populatie is in de 20ste eeuw op indrukwekkende wijze hersteld, nadat de jacht werd verboden. Maar een afname van de overvloed aan krill in de Zuidelijke Oceaan in de 21ste eeuw bedreigt deze iconsiche dieren nu weer opnieuw.”

Snel herstel
Al in de 18de en 19de eeuw waren de dieren geliefd vanwege hun pels. Maar tegen 1900 waren er nog maar zo weinig pelsrobben over dat ze niet meer interessant waren voor de jacht. Daarnaast werden ze beter beschermd. Ze hadden bovendien het geluk dat er meer dan genoeg voedsel was en dat ze zich snel kunnen voortplanten. Daardoor kon de pelsrobbenpopulatie exploderen en veel sneller herstellen dan andere diersoorten waarop veel gejaagd werd in de regio, zoals de bultrugwalvis.

Rond het jaar 2000 zouden er op South Georgia weer tussen de 4,5 en 6,2 miljoen zeehonden zijn, maar die aantallen bleken schromelijk overdreven. Daardoor is het bovendien nog moeilijker om de huidige afname juist in te schatten. “Onze nieuwe resultaten tonen aan dat dit een enorme overschatting was. Dat is belangrijk, omdat het aantal pelsrobben wordt gebruikt om de algemene gezondheid van de soort en de ecosystemen op Antarctica te beoordelen. En nu blijkt dat beiden niet zo robuust zijn als mensen dachten.”

Moeilijk tellen
Het tellen van zeehonden lijkt simpel, maar dat is het niet. Onderzoekers kijken meestal naar de aantallen op broedplaatsen van de dieren, maar deze cijfers zijn altijd een grove raming, omdat de meeste mannetjespelsrobben op South Georgia zich niet voortplanten voor ze tien jaar oud zijn en dat dan vervolgens maar twee of drie jaar doen. Dat betekent dat 80 procent van de mannetjes mist in de tellingen en hoe onderzoekers daarvoor corrigeren kan leiden tot een overschatting van het totale aantal. De raming uit 2009 van 3,5 miljoen dieren is op een andere manier tot stand gekomen. De onderzoekers vlogen tussen 2007 en 2009 meermaals een week lang met een helikopter over South Georgia en hadden verbeterde telmethodes.

Zorgwekkende afname
De pelsrobpopulaties op Bird Island herstelden zich als een van de snelsten in de afgelopen eeuw. Maar de nieuwe studie toont een zorgwekkende trend: hun aantal piekte in 2009, maar nam sindsdien jaarlijks met 7 procent af. En dat betekent dat er op dit moment ongeveer net zoveel pelsrobben zijn als in de jaren 70, toen de populatie nog herstellende was na het jachtverbod.

Oorzaak is dus dat de dieren te weinig eten hebben. De krillstand staat zwaar onder druk, vermoedelijk door de snel stijgende temperatuur van het zeewater in de regio. Daardoor verdwijnt er veel krill en hebben de pelsrobben moeite om aan genoeg voedsel te komen.
“Het dieet van de pelsrobben in South Georgia bestaat voor minstens 80 procent uit krill, dus als door klimaatverandering het krill verdwijnt uit hun directe omgeving, leidt dit tot een catastrofale afname van het aantal pups en de overleving van de dieren”, vertelt Forcada.

Indicator voor ecosystemen
Deze afhankelijkheid van krill in combinatie met de goede beschikbaarheid van populatiecijfers over een lange periode leidt ertoe dat de pelsrobben een belangrijke indicator zijn voor de kwaliteit van de ecosystemen in de regio. Vraag is nu waarom er precies zoveel minder krill beschikbaar is en in hoeverre ook in de rest van de Zuidelijke Oceaan de hoeveelheid krill is afgenomen.

“Als de druk op de pelsrobben op Bird Island ook geldt voor de hele populatie op South Georgia kan ook daar sprake zijn van een continue afname. Dus ook al zijn er nog zo’n 3,5 miljoen dieren, de snelle afname op Bird Island kan betekenen dat zij ook in de problemen zitten”, aldus Forcada.

Bronmateriaal

"Ninety years of change, from commercial extinction to recovery, range expansion and decline for Antarctic fur seals at South Georgia" - Global Change Biology
Afbeelding bovenaan dit artikel: Anton Rodionov / Getty (via Canva.com)

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd