Je kent ze vast wel: die kleine, glimmende magneetballetjes waarmee je eindeloos kunt friemelen op je bureau. Leuk als speeltje, maar wat als ze in de handen (of erger, de mond) van een kind terechtkomen?
Een nieuwe studie van UC Davis Health laat zien dat deze magneetjes wereldwijd een serieus probleem vormen. Duizenden kinderen slikken ze per jaar in, en de gevolgen zijn vaak allesbehalve onschuldig. Dat is de conclusie van de onderzoekers, nadat ze bijna 3000 wetenschappelijke artikelen van zes continenten analyseerden, en inzoomden op 96 studies, gepubliceerd tussen 2002 en 2024. De uitkomst? Overal ter wereld belanden kinderen in het ziekenhuis door ingeslikte magneetjes. Vooral jongens tussen de 2 en 8 jaar zijn vaak de pineut. Ze vinden de magneetjes thuis, op school of in de kinderopvang, verstopt in speelgoed of rondslingerende kantoorspulletjes.
Maar waarom is dit zo’n groot probleem? Als een kind meerdere magneetjes inslikt, of een magneetje samen met een metalen voorwerp, kunnen ze in de buik aan elkaar gaan trekken. Dat gebeurt dwars door de darmwanden heen. Het gevolg: gaten in de darmen, verstoppingen of zelfs afstervend weefsel door zuurstoftekort. En dat terwijl de klachten vaak zo vaag zijn dat ouders niet meteen aan ingeslikt speelgoed denken.
De VS aan kop, maar niet alleen
De cijfers uit de Verenigde Staten springen eruit: meer dan 23.000 ziekenhuisbezoeken door ingeslikte magneetjes tijdens de onderzochte periode. Dat zijn er een slordige 1.000 per jaar. Toch waarschuwen de onderzoekers dat dit maar het topje van de ijsberg is. In veel landen worden dit soort incidenten niet goed geregistreerd, dus het echte aantal ligt waarschijnlijk veel hoger. Het is met andere woorden een wereldwijd probleem dat we nog niet volledig in kaart hebben.
Slechts negen landen (Canada, de VS, het VK, Frankrijk, de VAE, Taiwan, Japan, Australië en Nieuw-Zeeland) plus de Europese Unie hebben duidelijke regels om dit aan te pakken. Het gaat onder meer om waarschuwingslabels, verkoopbeperkingen of zelfs totale verboden. Maar in de rest van de wereld? Daar kunnen deze gevaarlijke balletjes nog vrij rondzwerven.
Regels werken… tot ze versoepeld worden
Er is echter ook goed nieuws: we weten eigenlijk al hoe je dit probleem kan oplossen. Strengere regelgeving kan echt een merkbaar verschil maken. In de VS leidde een streng beleid, waardoor het moeilijker werd om magnetische balletjes te kopen, in 2014 tot minder incidenten. Maar toen die regels in 2016 weer werden afgezwakt, schoot het aantal gevallen met maar liefst 444 procent (!) omhoog.
Maar hoewel dit bekend is, is er nog een lange weg te gaan. En intussen ondervinden duizenden kinderen serieuze gevolgen. In sommige gevallen moeten ze geopereerd worden. Dat kan gaan van een simpele kijkoperatie tot zeer zware buikchirurgie. Afhankelijk van de studie die werd bekeken varieert dat laatste van 8 procent tot soms zelfs 100 procent van de gemelde slachtoffers.
Een oproep tot actie
De onderzoekers pleiten alvast voor meer internationale samenwerking. Ze willen betere rapportagesystemen, zoals het Amerikaanse NEISS dat alle ongelukken met consumentenproducten bijhoudt. Landen kunnen van elkaar leren, zegt het team. We weten dat verboden en beperkingen werken, dus waarom niet overal inzetten op wat bewezen effectief is? Tot het zover is, ligt de bal echter vooral bij ouders. Het advies? Houd die kleine magneetjes ver uit de buurt van jonge kinderen.