In het centrum van ons Melkwegstelsel bevindt zich één supermassief zwart gat. Dit geldt voor de meeste sterrenstelsels. Maar er zijn uitzonderingen! Astronomen hebben op een afstand van vier miljard lichtjaar een sterrenstelsel ontdekt met drie supermassieve zwarte gaten, die dicht om elkaar draaien.
Het trio van zwarte gaten schudt de ruimetijd op. “Ze draaien om elkaar heen met 300 keer de aardse geluidssnelheid”, vertelt astronoom Roger Deane van de universiteit van Kaapstad. Hij leidde het onderzoek. “Hierdoor raken deze zwarte gaten de grens van Einsteins algemene relativiteitstheorie.” De wetenschappers vermoeden dat twee van de drie zwarte gaten in de toekomst gaan samensmelten.
Om de zwarte gaten te ontdekken gebruikten Deane en zijn collega’s een techniek die Very Long Baseline Interferometry (VLBI) wordt genoemd. Deze techniek combineert de signalen van verschillende grote radioantennes die 10.000 kilometer van elkaar zijn verwijderd. Hierdoor kunnen astronomen details zien die vijftig keer preciezer zijn dan mogelijk is met de Hubble-telescoop. De gegevens zijn vervolgens verwerkt door JIVE in Dwingeloo. “Door het gecombineerde signaal te gebruiken van radiotelescopen in vier werelddelen waren we in staat dit exotische trio waar te nemen, op eenderde afstand van de ‘grens’ van het heelal”, vervolgt Deane. “Dit resultaat is slechts een voorbeeld van de lange lijst met ontdekkingen die we in de toekomst met de Square Kilometre Array (SKA) zullen gaan doen.”
Twee van de drie supermassieve zwarte gaten draaien extreem dicht om elkaar. Volgens de astronomen is dit het nauwste paar dat bekend is. “Ons onderzoek toont aan dat dit soort systemen waarschijnlijk veel vaker voorkomt dan we eerst dachten, maar er zijn extreem gevoelige en hogeresolutie-waarnemingen nodig om hen te ontdekken”, legt co-auteur Zsolt Paragi van JIVE uit. “We hebben altijd gezegd dat de volgende generatie telescopen, zoals SKA, ook de VLBI-techniek moeten gebruiken, samen met bestaande arrays van radiotelescopen. Dat zal ons begrip vergroten van de wijze waarop zwarte gaten en hun gaststerrenstelsels zijn gegroeid en zich hebben ontwikkeld.”