Als we niets doen, zal de keizerspinguïn tegen het einde van deze eeuw al ten dode zijn opgeschreven.
Met een lengte van meer dan een meter is de keizerspinguïn momenteel de grootste pinguïn op aarde. Maar de toekomst van het prachtige dier staat enorm onder druk, zo blijkt maar weer eens uit een nieuw onderzoek, verschenen in het blad Global Change Biology. “Als de opwarming zich met de huidige snelheid voortzet, dan verwachten we dat het aantal keizerspinguïns op Antarctica tegen het jaar 2100 met 86% is afgenomen,” vertelt onderzoeker Stephanie Jenouvrier. “En op dat moment is het heel onwaarschijnlijk dat ze het gaan redden.”
Twee modellen
Jenouvrier en collega’s baseren zich op een combinatie van twee bestaande computermodellen. Het eerste is ontwikkeld door het National Center for Atmospheric Research (NCAR) en wordt gebruikt om te simuleren waar en wanneer zee-ijs onder bepaalde klimaatomstandigheden ontstaat. Het tweede is een model van de pinguïnpopulatie zelf en wordt gebruikt om in kaart te brengen hoe koloniën op veranderingen in de hoeveelheid zee-ijs reageren. “We hebben tien jaar aan dat pinguïnmodel gewerkt,” vertelt Jenouvrier. “Het kan een heel gedetailleerd beeld geven van hoe zee-ijs de levenscyclus van keizerpinguïns, hun voortplanting en sterfte, beïnvloedt. En als we daar de resultaten van het NCAR-klimaatmodel invoeren, kunnen we beginnen te zien hoe de met verschillende klimaatdoelen samenhangende temperaturen van invloed zijn op de gehele populatie keizerspinguïns.”
Het onderzoek focust zich specifiek op de relatie tussen de keizerpinguïn en zee-ijs. Dat is goed te verklaren; het lot van de pinguïns is namelijk nauw verbonden met dat van het zee-ijs. De pinguïns gebruiken het zee-ijs om te broeden en hun jongen groot te brengen en gaan vanaf het zee-ijs op jacht naar voedsel. Vanwege dat multifunctionele karakter moet het ideale zee-ijs voor de keizerspinguïn aan behoorlijk wat eisen voldoen. Zo zien onderzoekers dat koloniën zich het liefst vestigen op zee-ijs dat vastgeklonken zit aan de kustlijn van het Antarctisch continent, maar wel in de buurt van het open zeewater ligt (waaruit de pinguïns hun voedsel – vis, schaaldieren en inktvissen – halen). En dat zee-ijs verdwijnt door de opwarming van de aarde geleidelijk aan, waardoor de pinguïns hun leef- en broedgebied kwijtraken en hun jachtgebied niet of lastiger kunnen bereiken.
Resultaten
De onderzoekers lieten de modellen los op drie verschillende klimaatscenario’s. In het eerste scenario werd ervan uitgegaan dat de opwarming van de aarde tot 1,5 graad Celsius beperkt kan worden. Het tweede scenario ging uit van een opwarming van 2 graden Celsius. En in het derde scenario werd niets gedaan om de opwarming tegen te gaan en warmde de aarde met 5 tot 6 graden Celsius op. Het eerste scenario bleek erin te resulteren dat tegen het jaar 2100 5% van het zee-ijs en 19% van de pinguïns verdwenen is. Het verschil met het tweede scenario is groot: in dat scenario verdriedubbelt het verlies aan zee-ijs bijna en verdwijnt meer dan eenderde van de huidige koloniën. Het laatste scenario resulteert in het verdwijnen van bijna alle koloniën. “In het laatste scenario marcheren de pinguïns in feite de komende eeuw hun ondergang tegemoet,” aldus Jenouvrier.
Het onderzoek benadrukt nog eens hoe belangrijk het is om de opwarming van de aarde af te remmen. Het vereist een internationale inspanning waarvoor in 2015 met het Parijse klimaatakkoord een mooie blauwdruk werd afgeleverd. Inmiddels zijn we echter vier jaar verder en moet dat akkoord nog altijd handen en voeten krijgen. Recent onderzoek heeft bovendien uitgewezen dat het niet langer enkel de vraag is of landen hun beloftes die ze binnen het Parijse klimaatakkoord hebben gedaan, wel nakomen. Minstens zo belangrijk is de vraag of ze bereid zijn hun beloftes aan te scherpen. Een analyse wijst namelijk uit dat zo’n 75% van de huidige beloftes te beperkt is en niet leidt tot het afremmen van klimaatverandering.