Uitwerpselen van de bouwers van Stonehenge onthullen dat het vlees dat zij tijdens feestmaaltijden nuttigden, lang niet altijd goed gegaard was. En zo liepen de prehistorische bouwvakkers parasieten op.
Op nog geen drie kilometer afstand van het befaamde megalithische monument Stonehenge, ligt de neolithische nederzetting Durrington Walls. Aangenomen wordt dat dit dorpje de bouwers van Stonehenge huisvestte. In een nieuwe studie hebben onderzoekers zich over bijzonder goed bewaard gebleven stukjes poep gebogen die in Durrington Walls zijn aangetroffen. En dat verschaft nieuw inzicht in de gezondheid van de bouwers van Stonehenge.
Coprolieten
Onder de juiste omstandigheden kunnen uitwerpselen fossiliseren. Als dat gebeurt, worden ze ook wel coprolieten genoemd. In de nieuwe studie hebben archeologen zich over negentien stuks coprolieten gebogen die in Durrington Walls zijn gevonden. De uitwerpselen hebben de tand des tijds bijzonder goed weten te doorstaan en blijken al meer dan 4.500 jaar oud.
Na een grondige analyse van de uitwerpselen komen de onderzoekers tot een bijzondere ontdekking. Zo blijken vijf van de onderzochte coprolieten (één van een mens en vier van honden) eitjes van parasieten bevatten. Volgens de onderzoekers is dit het oudste bewijs voor darmparasieten in het Verenigd Koninkrijk. “Dit is de eerste keer dat er darmparasieten zijn ontdekt in het neolithische Groot-Brittannië,” zegt onderzoeker Piers Mitchell. “En dat ze zijn aangetroffen in coprolieten die in de buurt van Stonehenge zijn opgegraven, is extra bijzonder.”
Feestjes
De onderzoekers vermoeden dat de prehistorische bouwvakkers de parasieten op deden tijdens feestjes. Het is bekend is dat de bouwers van Stonehenge wel van een gezellig feestje hielden. Tijdens opgravingen nabij Durrington Walls is bijvoorbeeld veel aardewerk en meer dan 38.000 dierlijke botten gevonden. Ongeveer 90 procent van de botten behoorde toe aan varkens en zo’n 10 procent aan koeien. “Aangezien de aangetroffen parasieten vee en andere herkauwers kunnen infecteren, lijkt het erop dat de darmparasieten van deze koeien afkomstig zijn,” denkt Mitchell.
Onvoldoende gegaard
Volgens het team zou het goed kunnen dat de bouwers van Stonehenge tijdens feestjes het vlees van besmet vee hebben gegeten. “Het nieuwe bewijs verschaft nieuw inzicht in de mensen die tijdens de bouw van Stonehenge naar Durrington Walls afreisden,” zegt onderzoeker Mike Pearson. “Varkens- en rundvlees werden aan het spit geroosterd of gekookt in potten. Maar het lijkt alsof het vlees niet altijd goed gegaard werd.” En zo liepen de prehistorische bouwvakkers parasieten op. De restjes van de feestmaaltijden voerden ze vervolgens aan honden. En zo kregen ook deze viervoeters parasieten onder de leden.
Vislintworm
Naast de aangetroffen parasieten, bleek één van de onderzochte honden-coprolieten eitjes van een vislintworm te bevatten. Dit suggereert dat deze hond het rauwe vlees van een besmette zoetwatervis heeft gegeten. En dat is een beetje vreemd. Er is namelijk rondom Durrington Walls geen bewijs – zoals botten – gevonden dat men zich te goed deed aan vis. Toch denkt Mitchell wel een verklaring te hebben. “Durrington Walls werd vooral in de winterperiodes bewoond,” zegt Mitchell. “De hond is waarschijnlijk al besmet met de parasiet in het dorp aangekomen.”
Al met al laten de onderzoekers met hun studie zien dat de catering tijdens de feestjes van de bouwers van Stonehenge af en toe wat te wensen overliet. Hoewel Durrington Walls dus een plaats was van feesten en bewoning – zoals blijkt uit al het aardewerk en het enorme aantal dierlijke botten die er zijn gevonden -, was Stonehenge zelf dat overigens niet. Er is weinig bewijs gevonden dat suggereert dat mensen rondom dit befaamde megalithische monument feestvierden.