Afgelopen zaterdag scheerde een ruimtesonde van NASA rakelings langs Io, een van de vier grote manen van Jupiter. Juno wist de maan, die bekendstaat om zijn vulkanische activiteit, tot 1500 kilometer van het oppervlak te naderen. En dat leverde bijzondere beelden op.
In eerste instantie plaatst NASA altijd het ruwe materiaal met de vraag aan het publiek om de foto’s te bewerken. Sommigen hebben inmiddels kleuren toegevoegd aan de afbeeldingen of bepaalde details uitgelicht. Daardoor worden de foto’s mooier en duidelijker.
Drie camera’s aan boord
Eerder schreven we al over het bezoek van Juno aan pizzamaan Io, die deze bijnaam heeft gekregen, vanwege het vulkanische oppervlak. Io heeft namelijk meer dan vierhonderd vulkanen, meer dan welk hemellichaam in ons zonnestelsel ook. Voor het eerst in twintig jaar komt een ruimtesonde zo dichtbij het oppervlak.
Doel van de missie is om informatie te verzamelen over de aard van de vulkanische activiteit op de maan. Ligt er bijvoorbeeld een magma-oceaan verborgen onder het oppervlak en hoe belangrijk zijn de getijdekrachten van Jupiter, die grote druk uitoefenen op Io? Die vragen hoeven niet allemaal nu beantwoord te worden. Op 3 februari komt Juno nog een keertje zo dichtbij de maan van de gasreus.
De ruimtesonde heeft drie camera’s aan boord: de Jovian Infrared Auroral Mapper (JIRAM) die infraroodbeelden maakt om de hitte te meten die de vulkanen en kraters uitstoten. De Stellar Reference Unit, die foto’s levert van het oppervlak in de hoogste resolutie tot nu toe. En als derde is er nog de JunoCam, die kleurenbeelden maakt van het zichtbare licht.
Slijtage zichtbaar
De JunoCam maakte de hieronder gepubliceerde foto’s. De camera begint echter slijtagesporen te vertonen. Door de grote hoeveelheid straling waar Juno aan wordt blootgesteld, werd gedacht dat de sonde al veel eerder afgeschreven zou zijn, maar tot nu toe houdt hij het, inclusief de JunoCam, aardig vol. Op de nieuwste afbeeldingen is echter voor het eerst goed te zien dat de camera op zijn laatste benen loopt. De foto’s hebben last van een reductie van de dynamische range van de camera en een toename van achtergrondruis.
NASA roept dan ook burgerwetenschappers op om nieuwe manieren te vinden om deze afbeeldingen te bewerken “om zo de schoonheid en mysteries van Jupiter en zijn manen te kunnen blijven tonen”.
Dat is zo te zien goed gelukt: