De CHEOPS-satelliet heeft de allereerste foto’s afgeleverd. Deze Europese kunstmaan gaat de geheimen van reeds ontdekte exoplaneten ontrafelen.
De onderzoekers keken reikhalzend uit naar de eerste beelden van CHEOPS. “Het is een spannend moment, omdat we dan pas zeker weten of de lenzen en spiegels van de telescoop de lancering hebben overleefd”, vertelt hoofdonderzoeker Willy Benz van de universiteit van Bern. “Toen we de eerste foto’s zagen van een zee van sterren, wisten we het direct: we hebben een goed functionerende telescoop.”
De foto’s van CHEOPS zijn beter dan verwacht. Toch hoeven we geen kraakheldere foto’s van CHEOPS verwachten. De focus van de telescoop is opzettelijk iets verschoven, waardoor het sterlicht op meerdere pixels valt. Hierdoor kunnen onderzoekers kleine variaties beter in kaart brengen, wat bijvoorbeeld komt door een exoplaneet die voor zijn moederster langs beweegt. “Het goede nieuws is dat de wazige foto’s van sterren alsnog symmetrischer zijn dan we van tevoren hadden verwacht”, vervolgt Benz.
Om de ruis van de detector zo klein mogelijk te houden, wordt hij gekoeld tot een temperatuur van 40 graden onder nul en wordt die temperatuur tot op een honderdste graad constant gehouden. De koeling gebeurt passief, doordat de detector is verbonden met een radiator die zijn warmte constant de ruimte in straalt. Overigens is de gehele telescoop thermisch van de rest van de satelliet geïsoleerd.
De komende maanden worden er meer tests uitgevoerd. Als die goed verlopen, gaat CHEOPS op zoek naar exoplaneten die qua grootte tussen de aarde en Neptunus vallen. “Er zijn zoveel interessante exoplaneten, maar we weten er nog niet veel van,” zegt onderzoeker Kate Isaak van ESA. “CHEOPS zal ons helpen de mysteries van deze fascinerende werelden te onthullen en ons een stap dichterbij het antwoord brengen op één van de meest diepgaande vragen van de mensheid: zijn we alleen in het universum?”