De wolken zijn iets anders dan op aarde. Zo bestaan ze niet uit water, maar uit methaan.
Naast de wolkenbanden vallen ook de donkere vlekken op het noordelijk halfrond van Saturnus’ maan op. Het zijn de meren en zeeën die Titan rijk is. Ook deze zijn gevuld met methaan en ethaan in plaats van water.
Cassini maakte de foto afgelopen weekend. De ruimtesonde passeerde de maan toen op een afstand van zo’n 488.000 kilometer.
De laatste keer dat Cassini met opzet rakelings langs Titan scheerde, was eind april. Cassini scheerde toen op een afstand van zo’n 979 kilometer over de maan heen. Zo dicht zal Cassini – wiens missie in september tot een einde komt – niet meer bij Titan in de buurt komen. Maar als zich – vanaf een veel grotere afstand – een kans voordoet om de maan te bestuderen, zal Cassini die grijpen. En dat deed Cassini dus ook afgelopen weekend.
De sonde houdt Titan onder meer in de gaten, omdat de zomer zich aandient op het noordelijk halfrond van de maan. En onderzoekers willen natuurlijk graag weten of dat veranderingen op de maan teweegbrengt. Naarmate de zomer dichterbij komt, hadden de onderzoekers wel verwacht dat het aantal wolken zou toenemen. Maar enigszins verrassend is dat we die wolken ook op lagere breedtes op het noordelijk halfrond zien ontstaan.
Cassini is op dit moment bezig aan zijn ‘Grand Finale’. Tijdens dit deel van de missie duikt de sonde 22 keer in het gat tussen Saturnus en zijn ringen. De eerste duikvluchten zijn al achter de rug en hebben close-up beelden van Saturnus opgeleverd en aangetoond dat de ruimte tussen de gasreus en zijn ringen verrassend stofvrij is.