Bomkraters zijn niet alleen stille getuigen van vernietigende oorlogen; het zijn ook sterk vervuilde plaatsen die nog jarenlang impact kunnen hebben op lokale ecosystemen. Dat moet anders, zo vinden onderzoeker Moe Abbas, verbonden aan de Universiteit Utrecht en kunstenaar Shuai Liu. En dus willen zij de bomkraters vullen met planten.
En niet zomaar planten. Maar planten die in staat zijn om alle troep en giftige componenten van de bom die ooit deze krater sloeg, weg te nemen. Zo worden vervuilde kraters plekken van hoop. “We kunnen oorlogen niet stoppen,” merkt Abbas op. “Maar we kunnen de wereld misschien wel helpen om ervan te helen.”
Giftige kraters
In tal van oorlogsgebieden zijn ze te vinden: bomkraters. Ze getuigen van bommen die in een fractie van een seconde enorme vernietiging hebben aangericht. Maar wat weinigen zich realiseren, is dat het vernietigende effect van deze bommen veel langer kan aanhouden dan dat ene moment waarop ze inslaan. Veel bommen herbergen namelijk tal van giftige bestanddelen. “Afhankelijk van het type bom dat gebruikt wordt, kunnen er verschillende giftige componenten vrijkomen,” vertelt Abbas aan Scientias.nl. “Explosieve resten zoals TNT (trinitrotolueen) en RDX (cyclotrimethyleentrinitroamine) zijn vaak aanwezig, net als zware metalen zoals lood, arseen en cadmium. Vaak besmetten deze de bodem decennia op rij. Ook kunnen deze stoffen weglekken en in gezonde rivieren en waterreservoirs terechtkomen. Kortom: ze kunnen complete ecosystemen aantasten.”
De grote schoonmaak
Maar planten kunnen dat dus helpen voorkomen. En wel op vier verschillende manieren. “Ze kunnen de giftstoffen opnemen via hun wortels en opslaan in plantdelen boven de grond,” legt Abbas uit. “Of ze kunnen de giftige stoffen opbreken in minder schadelijke substanties. Of ze kunnen helpen voorkomen dat de giftige stoffen weglekken. En ten slotte kunnen planten de giftige stoffen ook opnemen en – in een minder schadelijke vorm – weer afgeven aan de atmosfeer.”
Zonnebloemen en populieren
Planten die op één van bovengenoemde manieren een bijdrage kunnen leveren aan de zuivering van giftige bomkraters zijn bijvoorbeeld zonnebloemen. “Ze staan erom bekend dat ze zware metalen zoals lood, arsenicum en uranium uit de bodem halen.” Maar ook een plant als de Indische bruine mosterd kan een belangrijke duit in het zakje doen. “Deze plant verzamelt zware metalen zoals cadmium, chroom, koper, lood, nikkel en zink.” Ondertussen kan de luzerne – eventueel geholpen door een populier – TNT en RDX opruimen.
Oplossing
En zo reikt de natuur ons dus een prachtige oplossing aan voor de door mensen aangerichte vernietiging. Om dat te laten zien en te promoten, hebben Abbas en Liu – in het kader van de Bio Art & Design Award 2024 – een bijzonder project opgezet. “Liu zal – zelf of via samenwerkingen met anderen – bodemmonsters uit verschillende oorlogsgebieden verzamelen en testen welke giftige stoffen hierin aanwezig zijn,” vertelt Abbas. “Vervolgens zal ik de planten kiezen die we het beste op deze bodem kunnen laten groeien, waarna Liu die planten daadwerkelijk in die gebieden zal planten, in de hoop dat de lokale gemeenschap er vervolgens voor zal blijven zorgen.”
Tentoonstelling
De resultaten van het project worden later dit jaar tijdens een bijzondere tentoonstelling in het MU Hybrid Art House in Eindhoven gepresenteerd. “Tijdens deze tentoonstelling willen we laten zien welke planten we kunnen gebruiken om de bodem (van bomkraters, red.) te reinigen,” vertelt Abbas. Ook zullen er tuingereedschappen tentoongesteld zijn die gemaakt zijn van bomfragmenten.
Het doel van het project is tweezijdig, zo vertelt Abbas. “Helaas kunnen wij oorlogen niet stoppen, maar wat we wel kunnen doen, is mensen die hieronder te lijden hebben (gehad) een glimp geven van een schone toekomst. Een sprankje hoop geven dat ze – samen met het land – mogen gaan helen. Daarnaast hoop ik dat we iets kunnen laten zien van de kracht en veerkracht van planten. Leven zonder planten is onmogelijk voor ons. En zelfs als we elkaar vernietigen, zijn planten altijd bereid om ons een toekomstgerichte oplossing te bieden.”