Het raderdiertje uit de orde Bdelloida heeft al tachtig miljoen jaar op rij geen seks. En de soort is er nog steeds. Wetenschappers weten nu hoe dat komt: het raderdiertje eet DNA.
Wetenschappers weten als een tijdje hoe het raderdiertje zich voortplant: aseksueel. Heel concreet betekent dat dat het organisme geen mannetjes nodig heeft om jongen op de wereld te zetten. Dat klinkt als een voordeel: er hoeft ook geen moeite gedaan te worden om een partner te vinden en te versieren. Maar aseksuele voortplanting heeft ook nadelen. Er vindt namelijk geen uitwisseling van genen plaats, waardoor de evolutie van zulke soorten vaak stil komt te staan en ze slecht in staat zijn om zich aan veranderende omstandigheden aan te passen.
Flexibel
De raderdiertjes hebben daar opvallend genoeg geen last van. Ze zijn verrassend flexibel. Zo kunnen ze er bijvoorbeeld ondanks dat ze het liefst in water leven, prima mee omgaan als een poeltje opdroogt. Zonder moeite leven ze vervolgens enkele jaren in de droogte, om zodra er weer water tot hun beschikking komt, weer in dat water te gaan leven.
Andere organismen
De onderzoekers bestudeerden het mRNA van de raderdiertjes. Het materiaal speelt een cruciale rol in de aanmaak van eiwitten. De onderzoekers keken naar de activiteiten van mRA en vergeleken het met mRA van andere organismen. Ze ontdekten dat er veel overeenkomsten waren tussen mRA van raderdiertjes en mRA van sommige microben. Het wijst erop dat raderdiertjes genen hebben die in geen enkel ander dier terug te vinden zijn, maar voorkomen in microben en door de raderdiertjes tot zich zijn genomen en in hun lijfjes worden gebruikt.
Tien procent
“We waren blij toen we ontdekten dat bijna tien procent van de actieve genen van de Bdelloidea van buitenaf afkomstig bleek te zijn,” vertelt onderzoeker Alan Tunnacliffe. Het verklaart namelijk een hoop. “Andere onderzoeken hebben aangetoond dat bdelloidea krachtige antioxidanten bevatten die ze beschermen tegen giftige stoffen die het bijproduct zijn van uitdroging. Deze antioxidanten hebben we nog niet geïdentificeerd, maar we denken dat sommigen ervan het resultaat zijn van van buitenaf afkomstige genen.”
DNA eten
“We weten niet hoe de overdracht van genen plaatsvindt,” moet Tunnacliffe erkennen. Maar er is eigenlijk maar één optie. “Het heeft zeker te maken met het eten van DNA in organisch afval, daar ligt hun leefomgeving namelijk vol mee. Bdelloidea eten alles wat kleiner is dan hun hoofd!”
Het vreemde genetische materiaal maakt de bijzondere organismen flexibel, zo concluderen de onderzoekers in het blad PLoS Genetics. Het vreemde genetische materiaal wordt waarschijnlijk ingeschakeld zodra de organismen met nieuwe omstandigheden (droogte) te maken krijgen. En zo kan dit organisme zonder seks, maar met de voordelen van van buitenaf afkomstig DNA, het al tachtig miljoen jaar op aarde volhouden.