De een is ‘s ochtends al vroeg uit de veren, terwijl de ander pas aan het eind van de middag een beetje opleeft. Zeker die laatste groep heeft het lastig in een maatschappij die is ingesteld op ochtendmensen. En dan zijn de nachtbrakers onder ons ook nog eens gemiddeld minder tevreden met hun leven.
Althans, dat blijkt uit Pools onderzoek, dat voornamelijk een link legt met religie. Mensen die vroeg opstaan, zijn vaak religieuzer en ervaren daardoor meer voldoening in hun leven. Ze zouden ook consciëntieuzer zijn dan degenen die liever wat later uit bed komen, is de conclusie.
Nu is het verschil tussen ochtend- en avondmensen minder duidelijk dan je misschien denkt. De meesten zitten er namelijk tussenin. Volgens chronobioloog Niki Antypa van de Universiteit Leiden is 20 tot 30 procent van de mensen een ochtendmens, een even groot deel behoort tot de avondmensen. Ongeveer de helft is van allebei een beetje.
Maakt God gelukkig?
Er is al meer onderzoek geweest dat concludeerde dat ochtendmensen tevredener zijn met hun leven en dat ze consciëntieuzer, oftewel meer nauwgezet en plichtsbewust, zijn. De Poolse onderzoekers vroegen zich af in hoeverre bij dit verband meespeelt of mensen gelovig zijn of niet. Om daar achter te komen kregen twee groepen van in totaal ruim 1200 volwassenen vragenlijsten voorgeschoteld over hun voorkeur voor de ochtend of avond, hun mate van consciëntieusheid en tevredenheid met hun leven. De ene helft kreeg nog extra vragen over hun geloof in God, terwijl de rest meer algemene vragen over hun levensbeschouwing moest beantwoorden.
Religieus en consciëntieus
En wat bleek? Je raadt het misschien al: ochtendmensen waren consciëntieuzer, tevredener met hun leven én religieuzer. Doordat ze zo consciëntieus zijn, is de kans groter dat ze veel met geloof en religie bezig zijn. Deze hang naar vroomheid leidt dan weer tot een groter gevoel van voldoening in het leven. Toch is nog niet helemaal duidelijk wat oorzaak is en wat gevolg, ook omdat er geen rekening is gehouden met sociodemografische factoren als opleidingsniveau, leeftijd en geslacht. Daarom is er meer onderzoek nodig, aldus de onderzoekers uit Warschau.
Die kunnen overigens nu wel iets meer vertellen over ochtendmensen en hun karaktereigenschappen. “De link tussen ochtend- of avondliefhebbers en hun mate van levenstevredenheid komt, in ieder geval deels, doordat ochtendmensen religieuzer zijn. Dit betekent dat vroege vogels zich vaak gelukkiger voelen door hun persoonlijke karaktereigenschappen en hun kijk op het geloof”, leggen de onderzoekers uit.
Ochtendmensen hebben maar mazzel. Volgens eerder onderzoek van Harvard zijn avondmensen vaker depressief. Sterker nog, de Amerikaanse wetenschappers stellen dat voor ieder uur dat mensen later naar bed gaan de kans op depressieve klachten met 23 procent toeneemt. Britse onderzoekers van de universiteit van Exeter komen tot een gelijkaardige conclusie na analyse van data van zo’n 450.000 Britten van middelbare leeftijd: degenen die vroeg opstaan hebben minder kans op angsten en depressies. Daar zijn ook wel verklaringen voor. Zo kan het zijn dat ochtendmensen zich beter voelen, omdat ze meer daglicht zien. Ook voelen zij zich mogelijk prettiger omdat de hele maatschappij is ingesteld op ochtendmensen. Avondmensen daarentegen hebben het lastig, omdat ze steeds hun ritme moeten aanpassen aan de vroege vogels. Tot welke categorie je behoort, is deels genetisch bepaald. Je kunt er dus niet zoveel aan doen als je nu eenmaal liever laat naar bed gaat.