Het Australische continent schuift jaarlijks enkele millimeters heen en weer. Dit heeft te maken met veranderingen van het massamiddelpunt van de aarde.
Alle hemellichamen hebben een zogenoemd massamiddelpunt. Als een planeet van hetzelfde materiaal gemaakt is, dan bevindt het massamiddelpunt in het midden. Het massamiddelpunt van de aarde ligt ruwweg in het centrum van de gesmolten kern, ongeveer 6.000 kilometer onder het oppervlak.
Toch verschuift het massamiddelpunt jaarlijks enkele millimeters in verschillende richtingen, wat te maken heeft met seizoensveranderingen. Hierdoor verplaatst het Australische continent zich ook.
Wanneer het winter is in Nederland en België, verhuist Australië één millimeter naar het noordwesten. Ook kantelt het continent iets. Zo gaat het noordwestelijke puntje twee tot drie millimeter naar beneden, terwijl de zuidoostelijke grens twee tot drie millimeter omhoog gaat. Een half jaar later – tijdens de noordelijke zomer – gebeurt precies het tegenovergestelde. Australië zakt één millimeter naar het zuidoosten en kantelt in de andere richting.
Overigens zijn deze veranderingen niet voelbaar, maar satellieten kunnen ze wel zien. Door de veranderingen wijken GPS-metingen twee millimeter af, maar dat merkt een Australiër in het dagelijks leven niet. Daarvoor is GPS niet accuraat genoeg.