Niets lijkt nog vrij van gifstoffen, als er geen pfas wordt gevonden, zijn het wel zware metalen. Wetenschappers hebben nu in tampons lood, arsenicum en cadmium aangetroffen. En biologische tampons zijn niet eens beter. Daar zaten vergelijkbare hoeveelheden in.
Nu zijn giftige metalen overal en zolang de blootstelling onder de norm blijft, hoeft er niet per se iets aan de hand te zijn. Maar met tampons is extra voorzichtigheid geboden, omdat de huid van de vagina meer chemische stoffen absorbeert dan huid van de rest van het lichaam. Bovendien gebruiken heel veel vrouwen maandelijks tampons. Zo’n 50 tot 80 procent van de mensen, die menstrueren, om precies te zijn.
Risico op dementie en kanker
Het is dus eigenlijk gek dat dit nu pas aan het licht komt. “Hoewel dit potentieel een grote zorg is voor de volksgezondheid, is er maar heel weinig onderzoek gedaan naar de hoeveelheid chemicaliën in tampons”, vertelt hoofdonderzoeker Jenni Shearston van UC Berkeley. “Voor zover wij weten, is dit de eerste studie die metalen in tampons meet. En we vonden concentraties van alle metalen waar we naar zochten, inclusief giftige soorten zoals arsenicum en lood”, klinkt het bezorgd.
Die zware metalen zijn niet zonder gevaar. Ze worden in verband gebracht met een verhoogd risico op dementie, onvruchtbaarheid, diabetes en kanker. Ook kunnen ze de lever, nieren, hersenen en het zenuwstelsel beschadigen. Verder zijn er signalen dat deze metalen slecht zijn voor zwangere vrouwen en de ontwikkeling van de foetus.
“Hoewel giftige metalen alomtegenwoordig zijn en we op elk moment aan lage niveaus worden blootgesteld, moeten we voorzichtig zijn. Onze studie toont duidelijk aan dat deze metalen ook in menstruatieproducten zitten, en dat vrouwen mogelijk een hoger risico lopen op blootstelling door het gebruik van deze producten”, zegt onderzoeker Kathrin Schilling, van Columbia University.
16 metalen
De onderzoekers controleerden tampons op maar liefst zestien metalen: arsenicum, barium, calcium, cadmium, kobalt, chroom, koper, ijzer, mangaan, kwik, nikkel, lood, selenium, strontium, vanadium en zink. Ze keken naar dertig verschillende tampons van veertien merken.
Niet in elke tampon zaten evenveel metalen. Het maakte bijvoorbeeld uit waar de tampons werden verkocht, in de VS of in de EU. Ook was er enig verschil tussen A-merken en huismerken, en biologische versus niet-biologische tampons. Daarentegen was er geen enkel exemplaar waarin geen metalen aanwezig waren en geen enkele categorie had substantieel lagere concentraties van alle metalen. Zo zat er meer lood in niet-biologische tampons, maar meer arsenicum in biologische varianten.
Vervuild katoen
Hoe kan het dan dat die metalen in tampons terechtkomen? Dat gebeurt op verschillende manieren. Het katoen kan de metalen hebben geabsorbeerd uit de lucht, de bodem of verontreinigd water. Ook kan nabij gelegen vervuiling een rol spelen. Denk aan een katoenveld dat dicht bij een loodsmelterij ligt. Sommige metalen worden ook bewust tijdens de productie van tampons toegevoegd als onderdeel van een pigment, een witmaker, een antibacterieel middel of een ander proces in de fabriek die de producten produceert.
Tijd voor waarschuwingen
De onderzoekers vinden echt dat dit moet veranderen, ook omdat niet duidelijk is of het kwaad kan. “Ik hoop echt dat fabrikanten verplicht worden om hun producten te testen op metalen en dan vooral op de giftige varianten,” stelt Shearston. “Het zou geweldig zijn als gebruikers ook zelf daarvoor gaan pleiten of in ieder geval vragen om betere informatie hierover op de verpakkingen van tampons en andere menstruatieproducten.”
Voorlopig is het zoals gezegd nog onduidelijk of de metalen die in deze studie zijn gevonden slecht zijn voor de gezondheid. Toekomstig onderzoek moet uitwijzen hoeveel van de metalen uit de tampons lekken en door het lichaam worden opgenomen. Ook moet er gekeken worden of er nog andere gifstoffen in tampons zitten.