Archeologen zien ‘Spaans Stonehenge’ uit het water verrijzen (en dat biedt mogelijkheden)

Gehoopt wordt dat het nog altijd vrij mysterieuze megalithische monument – dat in 1963 door het water verzwolgen werd, maar nu door extreme droogte tijdelijk weer zichtbaar is – enkele geheimen prijsgeeft.

De aanhoudende droogte zorgt niet alleen in Nederland voor uitdagingen; ook in het mediterrane gebied is het raak. Veel wateren staan uitzonderlijk laag en boeren hebben grote moeite om hun gewassen in leven te houden. Maar hier en daar levert het lage waterpeil ook enigszins aangename verrassingen op. Bijvoorbeeld in het oosten van Spanje waar door de aanhoudende droogte een indrukwekkend megalithisch monument is drooggevallen.

Dolmen de Guadalperal
Het gaat om de Dolmen de Guadalperal, dat in de volksmond ook wel aangeduid wordt als ‘Spaans Stonehenge’ (zie kader). Het monument bestaat uit meer dan 150 stenen en is tussen de 5000 en 4000 jaar oud. “Het is voor archeologen een enigszins speciaal monument,” zo vertelt professor Enrique Cerrillo-Cuenca, als archeoloog verbonden aan de Universidad Complutense de Madrid, aan Scientias.nl. “Het was in 1925 namelijk één van de eerste dolmen die in Spanje door wetenschappers werden teruggevonden.”

Stonehenge
Zo op het eerste gezicht heeft de Dolmen van Guadalperal wel wat weg van Stonehenge, met die in een cirkel opgestelde staande stenen. Maar eigenlijk gaat de vergelijking met Stonehenge volledig mank, zo stelt Cerrillo-Cuenca. “Het is een ongelukkige vergelijking (…) Stonehenge heeft niets te maken met Guadalperal. Zowel de culturele achtergrond als de functie en betekenis van beide monumenten is compleet anders. Stonehenge is een uniek monument in de Europese prehistorie waarvan onze Britse collega’s nog altijd proberen te achterhalen welke functie het had. Guadalperal is een wat veelvoorkomender monument: een soort collectieve grafkamer.”

Hoewel de Dolmen de Guadalperal een bijzonder plekje in het hart van Spaanse archeologen heeft, werd er in de vorige eeuw weinig voorzichtig mee omgegaan. Sterker nog, men liet het megalithische monument verdwijnen. In 1963 kwam het door de aanleg van een stuwdam en het daarmee gepaard gaande Valdecañas-reservoir volledig onder water te liggen.

Droogte
En het water heeft het monument tientallen jaren aan het zicht onttrokken. Enkel bij extreme droogte wil het monument nog weleens uit het water verrijzen. Dat gebeurde bijvoorbeeld (gedeeltelijk) in 2012. En ook in 2019 kwamen de stenen door de lage waterstand van het Valdecañas-reservoir weer aan het oppervlak. En deze zomer is het dus opnieuw raak; door de aanhoudende droogte is het monument momenteel volledig zichtbaar. “En dat kan ook nog wel een paar weken of zelfs langer zo blijven,” voorspelt Cerrillo-Cuenca.

Onderzoek
Het biedt archeologen de kans om het monument uitgebreid te bestuderen. En dat is precies wat een team onder leiding van Cerrillo-Cuenca en zijn collega professor Primitiva Bueno, verbonden aan de Universidad de Alcalá nu in opdracht van het Spaanse Instituut voor Cultureel Erfgoed, doet. “We bestuderen niet alleen de stenen,” zo vertelt Cerrillo-Cuenca. “Maar ook het monument zelf (zie kader, red.).” Het doel is om zo een nieuw licht te werpen op verschillende aspecten ervan, zoals: hoe het gebouwd is, hoe en hoe vaak de structuur ervan gewijzigd is en wanneer het gebouwd is. “Daarnaast kan het onderzoek naar de stenen zelf ons ook meer inzicht geven in de herkomst ervan. Ook hopen we ons begrip van de iconografische versieringen die in één van de stenen zijn gekerfd te vergroten. We hebben de stenen daartoe in hoge resolutie gefotografeerd, zodat we dit onderzoek ook voort kunnen zetten in onze laboratoria.”

Skelet
De stenen waaruit de Dolmen de Guadalperal zijn opgebouwd, springen natuurlijk het meest in het oog. Maar de neolithische mensen hebben het monument nooit zo bedoeld zoals wij het nu zien; in de prehistorie zag het er heel anders uit. “Het was een collectief graf, gemaakt van stenen die een grafkamer en vaak ook een gang die toegang gaf tot die grafkamer, vormden. Die stenen werden vervolgens bedekt met keien en modder.” Toen archeoloog Hugo Obermaier het monument in 1925 vond, werden de resten van die heuvel verwijderd. “Zo kwamen de stenen bloot te liggen. Wat we vandaag de dag zien, is dus eigenlijk het skelet van een architectonisch gezien vrij complex grafmonument.”

Het huidige onderzoek naar de Dolmen de Guadalperal is een welkome aanvulling op veldwerk dat in 2020 – toen het monument nog onder water schuilging – is verzet. “Tegen het eind van 2020 hebben we een bathymetrisch onderzoek onderzoek gedaan naar Guadalperal,” vertelt Cerrillo-Cuenca. Tijdens dergelijk onderzoek wordt de topografische hoogte van de zeebodem in kaart gebracht. “We brachten zo het monument, maar ook de omgeving ervan en enkele andere en minder bekende archeologische vindplaatsen in beeld. Dat was echt pionierswerk. En toen verzamelden we al een significante hoeveelheid informatie die nu in verschillende laboratoria wordt verwerkt.” Daarnaast werd in dezelfde periode ook onderzoek gedaan naar monumenten en archeologische vindplaatsen in de omgeving die níet onder het water schuilgaan. “We focussen ons ook op niet onder water staande monumenten rond Guadalperal die ons een uniek inkijkje geven in hoe Neolithische mensen dit gebied bewoonden en hoe divers hun monumenten waren. We proberen Guadalperal eigenlijk beter te leren begrijpen met behulp van informatie verzameld in niet onder water gezette gebieden. Zo hebben we bijvoorbeeld ook opgravingen gedaan op een vergelijkbare plaats nabij Guadalperal die Las Labradas wordt genoemd. Las Labradas is een unieke heuvel, gemaakt van keien en modder, die echt heel oud is. We vermoeden zelfs dat deze ouder is dan Guadalperal en ergens op de overgang tussen het vijfde en vierde millennium voor Christus ontstaan is.” Daarmee zou het monument duizenden jaren ouder zijn dan het veel bekendere Stonehenge. “We kunnen wel stellen dat we een ongelofelijk divers landschap bestuderen dat gekenmerkt werd door tal van monumenten en behoorlijk dichtbevolkt moet zijn geweest.”

Normaliter is de Dolmen de Guadalperal niet zichtbaar (zie satellietbeeld links, gemaakt in 2013). Maar in 2019 kwam het monument ook al even volledig aan het oppervlak (zie satellietbeeld rechts). Afbeeldingen: NASA Earth Observatory.

Terug het water in
De archeologen hopen dat het eerdere veldwerk in combinatie met de informatie die de blootliggende Dolmen de Guadalperal nu prijsgeeft, meer inzicht geeft in de totstandkoming van het monument. Enige haast is daarbij wel geboden, want het monument zal niet voor altijd zichtbaar blijven; als het waterpeil stijgt, zullen de stenen opnieuw onder water verdwijnen.

Dat lijkt zonde; het water en de daarmee gepaard gaande erosie, doet de stenen geen goed. Geen wonder dat er ook wel stemmen opgaan om het megalithische monument te verplaatsen naar een plek waar het water geen bedreiging vormt. Maar dat klinkt veel eenvoudiger dan het is, zo stelt Cerrillo-Cuenca, niet in de laatste plaats omdat de Dolmen de Guadalperal niet het enige ondergelopen monument is. “Er zijn in de omgeving nog bijna dertig andere graven zoals Guadalperal die onder water staan. Guadalperal is duidelijk het bekendste, maar er zijn dus nog veel meer vindplaatsen die verplaatst moeten worden als we daarvoor zouden kiezen. We schatten dat het totale aantal ondergelopen archeologische vindplaatsen in deze regio groter is dan 200. Maar het werkelijke aantal ondergelopen vindplaatsen kan net zo goed nog veel groter zijn.” Het moge duidelijk zijn dat het niet eenvoudig is om die allemaal te lokaliseren en verplaatsen. “Daarnaast wil ik daar als archeoloog ook aan toevoegen dat het verplaatsen van elk monument toch wel deels afbreuk doet aan de betekenis ervan.”

De discussie over het al dan niet verplaatsen van het megalithische monument is voorlopig dan ook nog niet beslecht. Maar zelfs als het monument weer onder water verdwijnt, hoeven de archeologen zich niet te vervelen; in de omgeving valt nog genoeg te ontdekken en ook de duiding van data die op dit moment verzameld worden, houdt deskundigen nog wel even bezig. “Ik denk dat we nu de ongelofelijke kans hebben om aan de hand van Guadalperal te onderzoeken hoe het landschap van de eerste bouwers van megalithische monumenten eruit zag!” Van de Dolmen de Guadalperal gaan we dan ook ongetwijfeld – of het nu door water aan het zicht onttrokken wordt of niet – nog veel meer horen.

Bronmateriaal

Interview met Enrique Cerrillo-Cuenca
Afbeelding bovenaan dit artikel: Pleonr (via Wikimedia Commons)

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd