Utrechtse en Berlijnse wetenschappers hebben ontdekt dat metershoge rotsblokken op Mars zo’n duizend keer sneller afbrokkelen dan gedacht. Waarschijnlijk komt dat doordat er een klein beetje water aanwezig was.
Miljarden jaren geleden is het water op Mars na een periode met daarin meteorietinslagen en vulkanische activiteit verdwenen of bevroren in de bodem. Sinds die tijd zorgt het weer – en de wind – op Mars ervoor dat het oppervlak afslijt. Wetenschappers van de Universiteit Utrecht hebben nu ontdekt dat rotsblokken in puinstromen op Mars veel sneller afbrokkelen dan wetenschappers mogelijk achtten.
Puinstromen
De puinstromen waar de onderzoekers conclusies over trekken, ontstonden miljoenen jaren geleden doordat sneeuw smolt. De stromen ‘rollen’ van steile kraterhellingen af. Zo’n puinstroom bestaat uit ‘lobben’: waaiers van zand, grind en rotsblokken. Omdat de opbouw van zo’n puinstroom vrij langzaam verloopt, zijn er puinstromen met lobben van verschillende leeftijden. Wetenschappers hebben nu ontdekt dat er grote verschillen zijn tussen oude en jonge lobben. De oudere lobben zijn bijna compleet vlak, terwijl de jongere lobben rotsblokken van wel 4,5 meter hoog bevat.
Snel
Het afvlakken van rotsblokken in oude lobben is opvallend snel gegaan, zo stellen de onderzoekers in het blad Geophysical Research Letters. Meteorietinslagen op het oudste deel van de puinwaaier en het afsmelten van de laatste gletsjers op Mars wijzen erop dat die rotsblokken tussen 1,25 en 0,4 miljoen jaar geleden zijn afgevlakt. Dat betekent dat blokken van bijna vijf meter hoog in een miljoen jaar tijd met de grond gelijk zijn gemaakt.
In de woestijn
Hoe kan dat? De onderzoekers vonden het antwoord op die vraag opvallend genoeg op aarde, in de Atacamawoestijn in Chili om precies te zijn. Ze observeerden er aardse puinwaaiers met lobben van verschillende leeftijden. Zo ontdekten ze dat oude lobben veel vlakker zijn en minder grote rotsblokken bevatten dan jonge lobben. En dat komt doordat de rotsblokken in oude lobben verweerd zijn door toedoen van een klein beetje water en zout.
De onderzoekers zetten hun studie voort. Niet op Mars. Maar op Spitsbergen. Ze gaan daar kijken hoe puinwaaiers zich ontwikkelen in een koude, maar natte omgeving. Ook zijn ze voornemens om in het laboratorium zelf puinwaaiers na te bootsen. Uiteindelijk willen ze zo achterhalen wanneer Mars precies vochtig was.