Archeologen hebben in Zuid-Afrika 270 stukken eierschalen van de struisvogel opgegraven. De fragmenten zijn gegraveerd en vormen het oudste bewijs van een grafische traditie onder prehistorische jagers en verzamelaars. Naast de eierschalen werden ook stenen gereedschappen gevonden.
Op de eierschalen komen twee patronen veelvuldig voor. Het ene is wat ouder en lijkt op een treinspoor. Het andere is jonger en bestaat uit een serie diep gegraveerde parallelle lijnen.
Opslag
Sommige fragmenten hebben een doorboorde opening. Volgens de archeologen wijst dat erop dat de eierschalen dienst deden als opslagplaats. Uit recent onderzoek is namelijk gebleken dat jagers en verzamelaars de grote eieren gebruikten om water en andere vloeibare stoffen in te bewaren. “Deze items werden dagelijks gebruikt, werden bewaard en waren elementen van een collectief en complex sociaal leven,” meent onderzoeker Pierre-Jean Texier. “Om die reden verschaften de eierschalen van de struisvogel een ideaal oppervlak voor informatie. Het diende als identificatie van het individu of de groep.”
Drager
Het is onbekend wanneer mensen voor het eerst de eierschalen als informatiedrager gingen gebruiken. Ook is niet duidelijk wanneer de mens daar met gestopt is. Sommige deskundigen vermoeden dat mensen met de sterke toename van de bevolking met het symbolisme startten. Een afname van de populatie zou uiteindelijk het einde van het symbolische schrift op onder meer eierschalen hebben betekend.
Het is niet voor het eerst dat dit soort oude grafische restanten worden gevonden. Eerder vond men in Zuid-Afrika ook al gegraveerd rood oker, doorboorde schelpen en ingesneden botten. Deze vondst onderscheidt zich echter van eerdere opgravingen, omdat de fragmenten niet uit één korte periode stammen, maar zeker 1000 jaar overspannen.