Wat is wijsheid na een burgeroorlog: vergeten en verder gaan met je leven of schoon schip maken?
Oorlog houdt een keer op: de troepen worden teruggetrokken, de vrede getekend, de wonden gelikt. Dit ligt moeilijker bij burgeroorlogen, waar daders en slachtoffers elkaars directe buren zijn. Hoe wraak te voorkomen? Een moderne reactie is schoon schip maken: misdaden dienen te worden benoemd, schuldigen berecht. Maar vaker is een tegenovergestelde strategie beproefd: het pijnlijke verleden dient te worden vergeten.
Voetboogdoelen
De schutters van de Voetboogdoelen namen het er goed van in hun viering van de vrede in 1648. Dit vond in ieder geval de 19de-eeuwse schrijver Conrad Busken Huet. In zijn boek Het land van Rembrand (1882-1884) zegt hij door het schilderij ‘De schuttersmaaltijd’ van Bartholomeus van der Helst te verkeren ‘in eene wereld van lieden wier troniën glimmen van het vet; wier buiken gespannen staan als trommels. Ieder oogenblik verwacht men dat zij hunne broeken op een kier zullen zetten.’ Het is een wat al te letterlijke lezing van een schilderij dat vooral het aanbreken van een Gouden Eeuw na tachtig jaar oorlogvoeren wilde tonen. De afgebeelde schutters demonstreren niet hun schranszucht, maar vieren hun rol als brengers en beschermers van vrede en voorspoed, gesymboliseerd door de zilveren drinkhoorn die voor de gelegenheid fungeert als ‘hooren van de Vreê’, zoals het onder de trommelsnaar bevestigde gedicht van Jan Vos duidelijk maakt. Zeventig jaar eerder was er eveneens een vredesmaaltijd in de Voetboogdoelen georganiseerd. Ook toen had men het er goed van genomen als we de stadsrekening mogen geloven, maar de stemming zal toch een andere zijn geweest. De maaltijd vond namelijk vlak na de Alteratie plaats, de overgang van de stad Amsterdam naar het kamp van Willem van Oranje. De deelnemers vierden niet zozeer een overwinning als wel het einde van een vuile burgeroorlog die met de beeldenstorm in 1566 was begonnen en die werd gekenmerkt door voor ons helaas al te bekende verschijnselen als nodeloos geweld, vluchtelingenstromen en geweldsmisdaden over en weer. De vredesmaaltijd van 1578 was bedoeld ‘om de oude lieff ende eenicheyt onder den burgeren wederom te planten ende te doen groeyen’. Beide maaltijden waren dus grondverschillend van stemming en aard, maar illustreren op hun eigen manier het belang van rituelen in de overgang van conflict of oorlog naar vrede.
Instemming van het hogere
Rituelen voor de overgang van oorlog naar vrede zijn traditioneel verbonden met het bovennatuurlijke. Zo had het roken van een vredespijp een goddelijke oorsprong. De Sioux vertelden hoe op een dag een mysterieus, jong, indiaans meisje in een dorp was verschenen en de stamleiders een vredespijp aanbood. Ze leerde hun hoe ze die konden gebruiken als gebedsinstrument. Daarna veranderde ze in een buffelkalf en draafde weg over de prairie. Sindsdien was de vredespijp niet meer weg te denken uit het sacrale en sociale leven van de indianen. Ze kon een brug slaan tussen de wereld van de levenden en die van de voorouders en de goden. Verzoening, vriendschap en vrede konden niet zonder de instemming van het hogere.
Dit geldt ook voor de zoen, die tot in de vroegmoderne tijd in grote delen van Europa een eind maakte aan aristocratische vetes en burgerconflicten. De grondslag ervan vormde de zoenovereenkomst, waarin de meer zakelijke afspraken van de voorgenomen vrede opgesomd stonden. De zoendag zelf was omgeven door christelijke rituelen als de voetval, zielenmissen voor de slachtoffers en een vredeskus; zij gaven de intenties van de betrokkenen een extra betekenis. Vaak vond zo’n zoendag plaats op een heiligendag in een kerk of klooster. Tot de bekendste voorbeelden uit de Nederlandse geschiedenis behoort de Zoen van Delft, die niet alleen Jacoba van Beieren en Filips de Goede moest verzoenen, maar ook een einde diende te maken aan een allesontwrichtende burgeroorlog tussen Hoeken en Kabeljauwen. Na maandenlange moeizame onderhandelingen tussen beide partijen was het op 3 juli 1428 tijd voor een strak geregisseerd publiek vertoon om iedereen op de hoogte te brengen van de nieuwe status quo.
Uitgedoofd en vergeten
Vergeten was bij vrede essentieel. Alleen dan had de nieuwverworven eendracht kans van slagen, zo meenden de meeste betrokkenen. In de reeks burgeroorlogen die Frankrijk in de tweede helft van de 16de eeuw teisterde (een giftige cocktail van een aristocratische machtsstrijd om de troon en een godsdienstoorlog tussen katholieken en protestanten) leek oubliance soms het enige vredesinstrument dat nog restte. Met tal van edicten en verdragen probeerden de autoriteiten een einde te maken aan de vele verschrikkingen, die met de slachting van de Bartholomeusnacht op 24 augustus 1572 een dieptepunt bereikten. Vaak was hierbij een bepaling opgenomen die opriep alle gebeurtenissen te beschouwen alsof zij ‘uitgedoofd en dood en begraven waren en nooit hadden plaatsgevonden’. Dat dit een illusie was, wisten tijdgenoten ook wel. Maar zo’n beleid van vergeten maakte tenminste duidelijk dat gebeurtenissen uit het verleden geen legitieme redenen meer waren voor gedrag in het heden. Vergeten moest de toekomst vrijwaren van de last van het verleden.
Vergeten: lukt dat wel?
Of dit lukte hing mede af van de nieuwe machtsverhoudingen. De geschiedenis wordt geschreven door de overwinnaars, luidt een oude wijsheid, en dit gold ook voor burgeroorlogen. Na de Amerikaanse Burgeroorlog klonk de stem van de soldaten van de Unie aanzienlijk luider dan die van de verslagen Confederatie. Zij eigenden zich de belangrijkste slagvelden toe, begroeven er hun doden in aparte, democratisch georganiseerde militaire begraafplaatsen (een nieuw verschijnsel) en richtten er monumenten op om hun rol voor de eeuwigheid te markeren. Voor de soldaten van de Confederatie was geen plek. Maar met het verstrijken van de tijd, het ouder worden van de veteranen, het mislukken van de Reconstructie, die het Zuiden naar voorbeeld van het Noorden ingrijpend moest moderniseren, en het verschijnen van nieuwe vijanden kregen de verslagen tegenstanders toegang tot het slagveld van weleer. Ook zij plaatsten er nu hun monumenten als herinneringen aan hun dapperheid, doorzettingsvermogen en opofferingsgezindheid. Van een getuigenis van de overwinning veranderden slagvelden als die van Gettysburg in gewijde grond van typisch Amerikaans patriottisme.
Waarheidscommissies
Die nieuwe Amerikaanse eenheid had een prijs. Het ideologische conflict over slavernij dat ooit aan de basis had gestaan van de burgeroorlog, raakte er geheel door buiten zicht. De National Park Service, beheerder van de belangrijkste slagvelden van deze oorlog, moet tegenwoordig zijn uiterste best doen om de betekenis van slavernij en de rol van zwarte Amerikanen in de oorlog onder de aandacht van de bezoekers te brengen. Dat zij dit doet, is illustratief voor het toegenomen belang van mensenrechten en het aan de kaak stellen
van misdaden tegen de menselijkheid. Vergeten en verzoenen volstaan niet langer. Misdaden moeten worden benoemd, daders ter verantwoording geroepen en slachtoffers een stem gegeven, zelfs als het gebeurtenissen uit een verder weg liggend verleden betreft.
Memory is een mensenrecht geworden. Het is de begrijpelijke reactie op de verschrikkingen van de 20ste eeuw. Terugblikken is een noodzaak om de gevolgen van kolonisatie en dekolonisatie te bespreken en de overgang van dictaturen naar democratieën te begeleiden, zoals in voormalig Joegoslavië. De geesten van het verleden laten zich niet langer wegstoppen of ritueel verdrijven, zoals de talrijke waarheidscommissies, rechtszaken, excuses en herstelbetalingen, ‘sites of conscience’ en heftige historische debatten in de afgelopen decennia hebben laten zien. Discussies over de betekenis en omgang met het verleden zijn een vast onderdeel geworden van de moderne politieke cultuur. De tijd dat autoriteiten met een overvloedige maaltijd de ‘oude lieff ende eenicheyt’ in de gemeenschap denken te kunnen herstellen, ligt ver achter ons.
Geschiedenis Magazine biedt 8 x per jaar meeslepende geschiedenis uit betrouwbare bron. Goed verteld en rijk geïllustreerd. Benieuwd wat u van het komende nummer kunt verwachten? Kijk dan op www.isgeschiedenis.nl.