Elk jaar sterven wereldwijd zo’n 1,5 miljoen mensen als gevolg van luchtvervuiling door natuurbranden.
Dit cijfer komt voort uit een uitgebreide studie, gepubliceerd in het vakblad The Lancet. De onderzoekers wijzen erop dat fijnstof (PM2,5) en ozon (O3) verantwoordelijk zijn voor respectievelijk 77,6 procent en 22,4 procent van de sterfgevallen. Cardiovasculaire aandoeningen zijn de grootste boosdoener: jaarlijks vallen hierdoor 450.000 doden, bijna een derde van het totaal. Daarnaast sterven 220.000 mensen, ongeveer 14 procent, aan ademhalingsproblemen. Langdurige blootstelling aan luchtvervuiling door natuurbranden verhoogt ook het risico op beroertes, longkanker en andere chronische aandoeningen. Deze gezondheidsproblemen ontstaan door de schade die schadelijke stoffen aanrichten aan het hart, de bloedvaten en de luchtwegen, met vaak fatale gevolgen voor kwetsbare groepen zoals ouderen en mensen met bestaande gezondheidsklachten.
Natuurbranden omvatten zowel natuurlijke bosbranden als door de mens geplande branden, zoals in landbouwgebieden. Hoewel de hitte en de vlammen lokaal slachtoffers maken, schuilt het grootste gevaar in de luchtvervuiling die deze branden veroorzaken. Schadelijke stoffen, zoals fijnstof en ozon, verspreiden zich over honderden kilometers en veroorzaken ernstige gezondheidsproblemen, waaronder hart- en vaatziekten en ademhalingsaandoeningen.
Ongelijkheid in impact
De studie, die gegevens van 2000 tot 2019 analyseerde, onthult ook schrijnende verschillen tussen regio’s. In lage-inkomenslanden is de sterfte door luchtvervuiling door natuurbranden veel hoger dan in hoge-inkomenslanden. Meer dan 90 procent van de sterfgevallen doet zich voor in deze landen. Sub-Sahara Afrika draagt bijna 40 procent van de wereldwijde sterfgevallen, terwijl Zuidoost-Azië, Oost-Azië en Oost-Europa de meeste cardiovasculaire sterfgevallen rapporteren. De beperkte toegang tot gezondheidszorg en beschermende maatregelen in deze regio’s vergroot de impact van luchtvervuiling aanzienlijk.
In totaal sterven er 1,5 miljoen mensen per jaar aan de gevolgen van natuurbranden. Dat is meer dan 2,5 procent van alle sterfgevallen wereldwijd. De effecten van natuurbranden reiken echter verder dan sterftecijfers. Jaarlijks worden ongeveer 2,18 miljard mensen blootgesteld aan aanzienlijke niveaus van luchtvervuiling door deze branden. Langdurige blootstelling leidt tot ernstige gezondheidsrisico’s, waaronder longinfecties en zelfs schade aan de hersenen door zuurstoftekort.
Klimaatverandering als katalysator
Klimaatverandering dreigt de situatie verder te verslechteren, met intensere en frequentere branden als gevolg. De studie waarschuwt voor de impact op toekomstige generaties, waaronder een toename in vroegtijdige sterfte en chronische ziektes. Alleen door mondiale actie kan deze trend worden doorbroken. De auteurs roepen daarom op tot internationale samenwerking om deze ‘onzichtbare moordenaar’ aan te pakken. Ze pleiten voor betere brandpreventie, technologische ondersteuning en investeringen in kwetsbare regio’s. Hoge-inkomenslanden worden aangemoedigd financiële en technologische hulp te bieden, zodat ontwikkelingslanden de gevolgen van luchtvervuiling beter kunnen beheersen.
Het onderzoek wijst ook op de noodzaak van strengere klimaatmaatregels. Het beperken van de opwarming van de aarde tot maximaal 1,5 graden Celsius boven pre-industriële niveaus kan tot 80 procent van de toename in luchtvervuiling door natuurbranden voorkomen. Zelfs bij een limiet van 2 graden Celsius kan nog altijd 60 procent van deze toename worden voorkomen.
Een groeiend probleem
Dit is niet de eerste studie die waarschuwt voor de gevolgen van natuurbranden. Een onderzoek uit 2022 voorspelt dat het aantal bosbranden tegen 2100 met ongeveer 50 procent kan stijgen als er geen maatregelen worden genomen. Deze branden zullen niet alleen frequenter maar ook heviger worden, en steeds vaker voorkomen in gebieden waar dat nu nog niet gebeurt. Zelfs het noordpoolgebied zou volgens die studie niet gespaard blijven.